230 ook niet gedrukt hebben gevonden. Bij deze plechtigheden volgt de militaire commandant onmiddelijk in rang op de eerste aanwezige plaatselijke autoriteit, „in geval daarbij niet tegenwoordig is een sta tions-commandant van hoogeren rang in Zijner Majesteits Marine." Een reglement omtrent liet cloen van saluten werd bij Gouver- nements-besluit van 16 Augustus 1845, N° 8 gaarresteerd. Maar het Nederlandsche „Reglement op den Garnizoensdienst," dat voor het Indische leger van toepassing werd verklaard, bevatte eveneens bepalingen op de eerbewijzen, ook bij begrafenissen in acht te nemen. Bij Gouvernements-besluit dd. 17 April 1848, N° 1 werd vervolgens gearresteerd het reglement op de militaire eerbewijzen het reglement op de saluutschoten en de ampliatie van hoofdstuk XXIX van het reglement op den garnizoensdienstbetreffende de eer bewijzen bij begrafenissen. Civiele autoriteiten, die op militaire honneurs en saluten aanspraak maken, mogen echter nooit vergeten, dat: a. (art. 21, militaire eerbewijzen) met uitzondering van het eer bewijs voor den Gouverneur-Generaal, „openbare militaire eerbewijzen niet mogen gevorderd worden, wanneer de persoon, dien het betreft, niet gekleed is in uniform of costuum, voor zijne ambtelijke betrek king voorgeschreven; en b. (art. 13, saluutschoten) tusschen zonson dergang en zonsopgang even als buiten noodzakelijkheid des zon dags„geene saluutschoten mogen worden gedaan," maar de saluten dan tot den volgenden dag worden uitgesteld. In een land met eene talrijke overheerschte bevolking, welke zoo veel waarde hecht aan uiterlijk vertoon, waren deze bepalingen voor het prestige van het hoogste gezag niet voldoende. Ook een regle ment voor de viering der verjaring van 's Konings geboortedag op de hoofdplaatsen der gewesten en de bezittingen buiten Java en Madura werd bij Gouvernements-besluit dd. 12 October 1858, X° 15 gear resteerd. De hoogste civiele autoriteit moet dan des voormiddags van dien dag eene officieele receptie houden, waarop ook de comman- deerende officier met alle aanwezige officieren ter plaatse (voor zoo verre de laatsten niet door andere diensten verhinderd zijn) in eene bepaalde volgorde behoort te verschijnen, tot liet aanbieden van ge- Aanhalingen van Algemeene orders meenen wij achterwege te mogen laten. Het recueil van Luijmes en Boers zal Ayel in veler bezit zijn.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1881 | | pagina 237