De opleiding van rekruten moet niet geschieden bij de ^«[eska drons daar behooren alleen te zijngeoefenden, slagvaardige manschappen. Behalve de officieren en het kader, speciaal met hunne opleiding belast, moet bij het depot-eskadron een voldoend getal geschikte paarden aanwezig zijn voor de oefening der rekruten. Er dient ook eene flinke manege te zijn, waarin de rekruut eerst vertrouwen leert krijgen in zijn paard. Ieder rekruut dient zijn eigen paard gedu rende de eerste oefeningen te hebben. Eene flinke scherm- en gymnastiekzaal is reeds aanwezig bij het depót-eskadron. Is het noodig, dat de officieren en het kader, bij het depót -eska dron geplaatst, vrijgesteld zijn van garnizoensdienstende rekruut zelf moet in elk geval hiervan vrijgesteld worden. Eenmaal afgericht, geeft men den ruiter een vast paard, voor zooveel dit mogelijk isterwijl er ten strengste tegen gewaakt moet worden, dat hem dat paard wordt afgenomen. Vertrouwen in en liefde voor zijn paard zullen er het gevolg van zijn, terwijl hij het zeker beter zal berij den dan wanneer hij dagelijks een ander paard krijgt, dat hij niet kent. Ook moet de pas afgerichte ruiter gedurende eenigen tijd onder afzonderlijk toezicht staan en zijne verdere opleiding bij het veldeskadron ontvangen. Op deze wijze geoefend, zal men weldra flinke cavaleristen er langen, die bij de veldeskadrons (dan werkelijk tieMeskadrons) een hoogen graad van geoefendheid zullen krijgen. 9. De Inlander als cavalerist. Veel is er in den laatsten tijd ge sproken over de al of niet geschiktheid van den Inlander voor ca valerist. Het algemeen oordeel van de cavalerieofficieren is niet gunstig gestemd voor den Inlander. Is dit oordeel billijk? Dit is iets, wat naar mijn inzien de toekomst nog moet leeren. Men vergeleek tot nu toe den lnlandschen te veel met den Europee- schen cavalerist. Deze heeft bijna altijd reeds in Europa eene opleiding gehaddie opleiding werd hier voltooid. Vergelijkt men hierbij de treurige opleiding van den lnlandschen cavalerist, dan volgt hieruit van zelf, dat de Europeanen vrij goed, de Inlanders vrij slecht ge oefend waren. Is het dan wonder, dat de Inlander minder goed voldeed dan de Europeaan

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1881 | | pagina 258