361 ze exerceert ook tot voorbereiding tot de practijk, en waarom dan niet even goed, volkomen goed leeren exerceeren, dan minder goed? Waarom zou ze bij dat exerceeren dan niet op liet oog hebben oen zoo goed mo gelijk zich vormen tot den oorlog, c. q. ook tegen machtiger vijanden dan onze lnlandsche vijanden gewoonlijk zijn?" „Trouwens, hij die nadenkt, zal liet met mij eens zijn; er zou nog veel, zeer veel, over dit onderworp kunnen gesproken worden, vooral over de wonscholijkheid om met de gezamenlijke wapens op een geaccidenteerd, ruim terrein te kunnen manoeuvreeren, zóó dat verschillende veronderstel lingen practisch en leerzaam uit te voeren zijn; ook over hetnoodige, om na gewone oefening in het schieten, minder systematisch, meer practisch, de wapens te leeren gebruiken, maar ook daartoe behoort een ruim, zeer ruim geaccidenteerd terrein, waar men vrij is en kan schieten op opgestelde schijven in alle richtingen en op allo afstanden, zonder vrees, hier of daar iemand door de ribben te schieten „Maar dat alles kost veel geld en al wat wenschelijk is, is daarom nog niet uitvoerbaar, zoolang geld eone hoofdrol moet spelen, en dat zal wel altijd zijn." „Ik ben hier uitvoeriger geweest dan mijn doel en dan noodig waswant, ik herhaal het, mijne zienswijze is gewis die van bijna alle officieren, die er over nadenken, dat is dus van het gcheele officierscorps, mag ik zeggen." Ik acht het niet geheel ondienstig, en heb mitsdien de eer, die aanteeke- ningen ter kennis te brengen van de H. H. infanteriecorpschefs in deze afdeeling, met verzoek ze mede onder de aandacht te willen brengen van hunne onderhebbende officieren, liefst bij gelegenheid eener te houden wetenschappelijke bijeenkomst. De Commandant der 1° militaire afdeeling op Java, (W. g.) WlIITTON. Aan de commandanten van het 9C, 10e, 11° en 12c bataljon Infanterie, tot informatie. Y. Circulaire. Bijlage: Een. Batavia, 20 September, 1869. Bij nota van mijn voorganger dd. 16 September 1865, 3091/20 werd een voorschrift gegeven omtrent het formeeren van het carré uit de orde van'bataille bij een bataljon van vijf division (a). Bij mijne nota van 9 September 1867 zonder N° behandelde ik eene regeling, nil en dan op te volgen, wanneer met een sterk incompleet

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1881 | | pagina 368