362
bataljon in de Bataljonsschool werd geëxerceerd [verlengd front] (b).
Bij nota van 14 September 1867 zonder N° werd een voorschrift
gegeven ter toelichting van de 82, 83, 84, 85 en 86 der Linieschool (c).
In September 1867 is ook uitgevaardigd een voorschrift voor de bewe
gingen der Veldartillerie en het escadron Cavalerie, vereenigd met de
Infanterie in de Linie- of Brigadeschool (d).
Bij nota van 18 Januari 1868, N° 137/6 werd eene aanbeveling gedaan
omtrent het stellen van de vizierklep in zekere gevallen, en werd de
aandacht gevestigd op hot onderscheid tusschen het gewone exerceeren en
het manoeuvreeren [e]
Met het behandelde, bedoeld onder [a],[c] en eerste gedeelte [e] moeten
alle officieren der bataljons bekend zijn.
Met den inhoud van do stukken, bedoeld onder [b] en [dj, moeten allo
Kapiteins hekend zijn, even als met het tweede gedeelte [e].
Wijders wordt het voorschrift [d] nu en dan bij de theoriën behandeld,
en het 2« gedeelte [e] enkele malen bij die gelegenheid voorgelezen.
Ik reken er op, dat dit geschiedt.
Nu wensch ik nog eenige zaken, meer bijzonder met betrekking tot
de uitvoering (toepassing) van de Bataljonsschool nader te regelen, als
toelichting op het reglementzonder dat dit daardoor veranderd wordt.
Ik acht dit wenschelijk om gelijke opvatting te hebben bij de verschillende
corpsen en ook tot beter begrip voor de Kapiteins, voor zoo verre die
niet in de gelegenheid zijn geweest, die détails hier of elders te beoefenen
(uit te voeren).
Alvorens hiertoe over te gaanheb ik de bataljonscommandanten
gehoord.
Ik heb de eer, UHoogEdelGestrenge nu de nota aan te bieden, waarin
de door mij bedoelde punten behandeld zijn, met verzoek, een en ander
op te volgen en te doen opvolgen.
De Commandant der le militaire afdeeling op Java
(w.g.) Whittox.
Aan
de bataljonscommandanten in de le
militaire afdeeling op Java.
VI. Nota.
A. Er bestaat verschil van opvatting met betrekking tot de toepassing
van 229 van de Bataljonsschool, namelijk of, wanneer eene divisie spe-
