377 voor de handhoe sterk behoort dan het negereleineut in het leger vertegenwoordigd te zijn. Zal men alleen Negers aanwerven voor de Infanterie of ook voor de Artillerie en desnoods ook voor het corps mineurs en sapeurs Door mondelinge inlichtingen van oud-officieren van het Indische leger weten we, dat er een tijd is geweest, dat men ook Afrikanen bij de Artillerie indeelde. Wat hunne lichaamskracht betrof, zullen die Afrikanen.vooral bij de vestingartillerie beter voldaan hebben dan de Inlanders. Dat do Afrikanen bij de Artillerie niet gewild wa ren en daarom spoedig alleen bij de Infanterie werden ingedeeld, moest aan hunne weinige intelligentie worden toegeschreven. Zij waren echter Afrikaansche, half-wilde, Negers. Dat daarentegen de Amerikaanschede meer beschaafde, EngelschFransch of Hollandsch sprekende Negers voor het wapen der Artillerie intelligent genoeg zijn, is meenen wijgebleken met het dertigtal voor „Amerika nen" te boek staande Negers, voor het meerendeel gewezen matro zen, die onder het legercommando van den Generaal De Neve bij de Artillerie werden gevonden, zoo als HuntMatthews, Connelly Wil son, Wrightenz. Wanneer ze intelligent genoeg zijn voor de Ar tillerie kunnen ze ook zeer goed, desnoods ter vervanging van de Inlandersbij het corps mineurs en sapeurs gebruikt worden. Hoe of de Amerikaansche Neger als ruiter voldoet en op onze paarden voldoen zoude, weten we niet. Onder de zoogenaamde negerregimen ten uit den oorlog tusschen de Noordelijke en Zuidelijke staten ver stond men regimenten Infanterie; dat echter vele Negers en Mulat ten bij de Cavalerie der Zuidelijke staten gevonden werden, mogen we wel aannemen. Er zijn dus reeds Amerikaansche Negers bij het Indische leger in dienst geweest. Hoe die weinigen voldaan hebbenzal men wellicht niet meer weten. Een speciaal onderzoek naar hunne militaire waarde ismeenen wijnooit gedaan. Mocht die bij sommigen tegengevallen zijnzoo vergete men nooitdat aan onze eigene toestanden eens denkende de meesten hunner bij hunne indiensttreding als matroos, zeilmaker, scheepssmid, enz. te boek stonden, en wij het ons nog weten te herinnerendat eenigen hunner pertinent verklaardente

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1881 | | pagina 384