- 378 Botterdam voor policeman in Indïè te zijn aangeworven, zoodat het indiensttreden als soldier voor hen eene teleurstelling was, even groot als voor die Zwitsers van 1858 en 1859, welke solclat-labou- reur dachten te worden. Dit zijn nu eenmaal de fantaziën dor ron- selarij, en voor de eer van ons leger doen we, meenen wij, het ver standigst, hierin den gulden regel van Napoléon I te volgen, qiCil faut laver son linge sale en familie. Gaat men af op de werken van Dixon en Bike, dan zouden do Negers in de Vereenigde Staten niets meer of minder zijn dan be driegers, dronkaards en moordenaarsDixon zegt b. v.„Since the Negro became a citizen, he has acquired the faculty of buying whisky, and getting drunk". Later zegt hij„We learn, on good authority, that there were three thousand murders in Texas last year (1874) and that nearly all these murders were committed by Negroes on their brothers blacks." Een oordeel dat niet gunstig is, doch ons toch niet moet afschrikken. Onze regeering moet zelve onderzoeken, en dat onderzoek opdragen aan officieren van het Indische leger, die met de zooveel wilder en onbeschaafder Afrikaansche Negers hebben gediend en van hen soldaten hebben gemaakt, die, na hun gagement te hebben verdiend, in Indië zijn gebleven en rustige burgers zijn geworden, die aan de politie minder werk gaven dan de inheemsche Inlandsche bevolking en, met Inlandsche vrouwen trouwende, hunne kinderen in den regel laten leeren, van welke velen de Christelijke godsdienst omhelzen en verschillende betrekkingen bij den handel, den waterstaat en de politie bekleeden. Wie slechts te rade gaat met de philantropische zijde der theoriën van het moderne oorlogsrecht, zal wellicht beweren, dat het geene aanbe veling verdient om getrouw blijvende aan het beginsel, den oor log zoo min mogelijk woest te doen zijn zulk een wild element in het leger te brengen. Is het dan wel geoorloofdvragen wijBoe- gineezen en zelfs Alfoeren in de gelederen van het Indische leger te laten dienen. Of zijn de eersten minder bloeddorstig, de laatsten minder woest? Terwijl zij, die den oorlog minder ivoest willen makengewoonlijk er op uit zijnhunne theoriën toe te passen op de elementendie de levende strijdkrachten voorstellenzien zij over het hoofddat de techniek steeds voortgaat met de oorlogswerktuigen

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1881 | | pagina 385