439 Niemand, die in de gelegenheid is geweest, de zaken van eenigs- zins nabij te beoordeelenzal willen bewerendat met de aanwezige middelen steeds zóó veel is verrichtals had kunnen geschieden wanneer door eene goede, doeltreffende organisatie een geregelde gang van zaken was gewaarborgdafgescheiden nog van de ontzagge lijke verliezen, die gedeeltelijk als gevolg van gebrek aan regelmaat en orde geleden zijn. Het dwangarbeiderscorps, dat de 2° Atjeltsche expeditie volgde, was min of meer georganiseerd, doch het bleek al spoedig, dat die organisatie eenvoudig slecht was, zoodat in den loop van den oorlog hierin eenige verbetering kwam. Of de nieuwe organisatie in allen deele voldaan heeft, weten wij niet, maar wij betwijfelen het. Organisatiën ontstaan onder den 'drang der om standigheden, en te voren niet rijpelijk overwogen, zullen zij gewoonlijk fiasco maken. De nieuwe organisatie verdween in 1878 als gevolg der vredesfictie en der bezuinigingswoede en werd vervangen door eene andere, die vooral onder de gewijzigde omstandigheden volstrekt niet aan de behoefte kon voldoen. Eenige duizende menschen kunnen niet door een persoon met een slechts middelmatig en weinig talrijk personeel goed geadministreerd, veel minder nog bo vendien doeltreffend aangewend worden; dit is eenvoudig onmogelijk. Het is o. i. allernoodzakelijkst, dat in de dringende behoefte aan een goed geregeld transportpark, zoo onmisbaar in den oorlog, zoo spoedig mogelijk voorzien wordt. Hot beste zou voorzeker zijn, dat steeds een volledig koeliecorps, van het noodige kader voorzien, voltallig en geoefend gereed stond om elke expeditionaire colonne te volgen; maar zoo iets kunnen we ge rust als eene hersenschim beschouwen, daar het op den duur eene zéér kostbare zaak zou wordenmaar er is, dunkt ons, toch wel iets op te vinden om een beteren toestand in het leven te roepen dan de bestaande is. Dwangarbeiders zullen steeds het hoofdelement van onze transportmid delen uitmakendaar is eenmaal niets aan te doen, al is het niet geheel overeenkomstig de Wet. Het ware intusschen te wenschen, dat de Wet gewijzigd werd naar de behoefte en door het ten oorlog zenden der dwangarbeiders voortaan geene wetsverkrachting meer werd ge pleegd.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1881 | | pagina 446