t veelal in Atjeli deed, en snol marclieeren, snel ageeren is de hoofd factor, die ons ook in onze Inlandsche oorlogen tot snelle overwinningen moet voeren. Er zouden tal van voorbeelden uit den Atjehschen oorlog kunnen worden aangehaald om te bewijzen, dat de drie door ons behandelde punten niet geregeld zijn, zooals 't behoort, maar dat zou ons te ver voerenwe zullen nog een oogenblik terugkeeren tot de omtrek king van den Kraton. Borel spreekt van het groote oponthoud, bij het overtrekken der Kroeëng Daroe ondervonden, en van het af dwalen van den weg. Een en ander had niet kunnen voorkomen, indien de troep in allen deele goed geoefend en de staf voor zijne taak berekend ware geweest. De Kroeèng Daroe is, vooral in den drogen tijd, waarlijk geene rivier om aan goed geoefende troepen eene belangrijke hinderpaal in den weg te leggen. Even goed als men in 1878 binnen eenige uren eene brug sloeg over de Atjeh-rivier, die vrij wat meer beteekent dan de Kroeëng Daroehad men, dunkt ons, destijds in veel minder tijd niet een, maar eenige voldoende sterke loopbruggen over de Kroe ëng Daroe kunnen slaanindien de zaak door den staf behoorlijk ware voorbereid. Wellicht zou het slaan van bruggen niet eens noo- dig zijn geweest en had men met afgraving der oevers kunnen vol staan. Er zijn tal van plaatsen in de Kroeëng Daroedie ten minste bij laag water gemakkelijk zijn te passeeren. Ook het af dwalen van den weg moet het gevolg zijn geweest van onvoldoende vooibereiding en het zich geen of te weinig rekenschap geven van den aard en het doel der beweging. Wanneer men te voren met nauwlettende zorg de gegevens, die men bezat, had overwogen en daaruit met inachtname van alle waar- schijnlijkheidsgronden eene logische conclusie had getrokken omtrent de te volgen richtingen en af te leggen afstanden, dan zou er, dunkt ons, van geen afdwalen sprake hebben kunnen zijn, ten minste niet van zoodanig afdwalen, dat de duur der operatie tweemaal langer werd dan noodig was. O O Borelpag. 32, Nicloupag. 106. Hiermede is men begonnen, doch toen kregen de genietroepen geen resultaat. REDACTIE,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1881 | | pagina 450