Door eene eenvoudige vermenigvuldiging komt men dus tot de, elk jaar verschillende, totaalsterkte van het bedieningspersoneel voor de militaire ziekeninrichtingen. De classificatie regelt zich naar het vermoedelijk aantal lijders, en dit weder naar de sterkte van het garnizoen. Overigens gelden voor de zie keninrichtingen en het daarbij in te deelen hospitaalpersoneel de vol gende bepalingen. Tot bepaling van de klasse, waartoe eenige ziekeninrichting wordt gerangschikt, wordt gevolgd het bepaalde bij artikel 1 der instructie voor het voeren der administratie bij de militaii'e ziekeninrichtingen, daarbij in aanmerking nemende, dat met het bij dat artikel bedoelde aantal lijders worden bedoeld lijders der 4e afdeeling, en dat met betrek king tot die classificatie 1 lijder der le afdeeling gelijk staat met 2 lijders der 4e afdeeling 2 lijders 2e staan 3 Bij incompleet van militairen beneden den graad van onderofficier, worden in hunne plaats in dienst genomen vrije Europeanen en daar mede gelijkstaanden, zoomede Chineezeninstede van Europeesch en vrije Inlanders, in stede van Inlandsch militair personeel. Zijn er-plaatselijk geene vrije lieden te bekomen, dan wordt in het incompleet voorzien door tijdelijke tewerkstelling van Infanteristen uit het garnizoen, die bij den plaatselijk militairen commandant worden aangevraagd. De in de vorige alinea bedoelde vrije lieden worden in dienst geno men en ontslagen door de chefs der ziekeninrichtingen. Wanneer het sterktecijfer der lijders door omstandigheden van tijde- lijken aard stijgt tot boven de 650 lijders der 4e afdeeling in een hospitaal le klasse 500 100 dan kunnen voor iedere 15 zieken boven dat getal tijdelijk worden dienst gesteld één Europeesch en één Inlandsch soldaat, met 3 3e 'i 4 i) te 350 li 3e 200 4p n w v ri 55 oe f) f) n 55 Og in

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1881 | | pagina 46