485
den Kommandant, der in het hier bedoeld geval zijnde vesting, krachtda
dige maatregelen worden genomen.
Ingeval van oproer of schending van het wettig gezag, moet m het
algemeen, geweld met geweld worden gekeerd, de bewerkers cn aansto
kers van onrust en ongeregeldheden in verzekerde bewaring genomen,
en hunne namen waar dit kan geschieden, dadelijk aan den bevelvoe
renden Generaal in het kommandoin hetwelk de vesting gelegen is, en
tevens zoo veel mogelijk regtstreeks aan welgemelde Zijne Koninklijke
Hoogheid en aan het Departement van Oorlog worden opgegeven.
6° Al het geen hiervoren met opzigt tot de Plaatselijke-kommandan-
ten is voorgeschreven, zal insgelijks bij voorkomende gelegenheden dooi
de Opper-kommandanten der vestingen stiptelijk nageleefd worden; zullende
deze, echter, aan den Generaal het bevel voerende in het groot Militair
kommando. slechts mededeeling doen, van alles wat belangrijk kan wor
den geacht, zonder gehouden te zijn aan denzelven geregelde rapporten
te doen, welke zij alleen aan Zijne Koninklijke Hoogheid den Admiraal
en Kolonel Generaal en aan het Departement van Oorlog verschuldigd zijn.
Extract uit het Keizerlijk besluit van den 24 december 1811 betrekkelijk
de organisatie en de dienst der Plaatselijke staven.
Titel III.
Hoofdstuk I.
52. Het in staat van oorlog verklaren, zal geschieden m de navolgende
gevallen:
1°. In oorlogstijd, indien de plaats op de eerste linie, aan de kus
of op een afstand van ten minste vijf dagen marsch van de plaatsen, kam
pementen of stellingen door den vijand bezet, gelegen is.
2°. Te allen tijde, door de werken die de plaats openen, indien dezelve
aan de kust of op de eerste linie is gelegen.
Door volks verzamelingen zonder toestemming der plaatselijke regering,
welke in den omtrek van vijf dagen marsch mogten gehouden worden.
Door een besluit van den Keizer, indien de omstandigheden mogten
vereischen om aan de militaire policie meerder magt en klem bij te zet-
De Ilollandsche vertaling is de offieieele, voorkomende in liet „Recueil Jlihtan
van 1830. Zij is, helaas, niet onberispelijk. Raadpleging van den in dat recueil
opgenomen Fvcwschen tekst is dus noodig.