487 94. In alle plaatsen welke in staat van oorlog 7ijn gesteld, zal da brandspuitwacht, indien er in dezelve eene bestaat, met de brandspuiten, werktuigen en gereedschappen onder het bevel van den Plaatselijken kom- mandant overgaan. Do timmerlieden en ander werkvolk, welke tot het blusschen van brand kunnen gebruikt worden, zullen afgedeeld en onder derzelver dekens en vier meesters in kompagniën, sectiën en ambachten gebragt worden. De dienst bij brand, in geval van belog of bombardement, wordt door den Gouverneur of Kommandant, met overleg van den eerstaanwezenden officier der genie en der burgerlijke regering geregeld. 95. In iedere plaats, welke in staat van oorlog is gesteld, zal, wan neer de Minister of de Generaal der armee daartoe bevel geeft, of wan neer de vijandelijke troepen de plaats op ten minste drie dagen marsch genaderd zijn, de Gouverneur of Kommandant dadelijk, en zonder den staat van beleg af te wachten, met de vereischte magt worden bekleed, te weten 1°. Om alle noodelooze personen, de vreemdelingen en de zoodanigeu die door de burgerlijke of militaire policie zijn aangewezen, de plaats te doen ontruimen. 2°. Om in de plaats te doen terugkeeren, of het vertrek daaruit te verhinderen van de werklieden, materialen en andere middelen van werk, het slagtvee, de levensmiddelen, en andere voorwerpen van levensonder houd. 3°. Om door het garnizoen en de nationale garde te doen vernielen, al hetgeen, binnen de plaats, de bewegingen der artillerie en der troe pen zoude kunnen in den weg staanmitsgaders al hetgeen buiten de zelve aan den vijand tot dekking, of het bespoedigen zijner werken van aanval zoude kunnen strekken. 96. De Generaal die eene armee kommandeert, tot welke het garni zoen eener plaats behoort, zal zorg dragen, 1°. Dat in de plaats een genoegzaam garnizoen tot bewaring derzelve gezamenlijk met de stedelijke wacht en nationale garde aanwezig' blijve. 2°. Dat er, wanneer de plaats in staat van beleg geraakt, zich in dezelve een genoegzaam sterk garnizoen bevinde. Hoofdstuk IY. Van den Staat van Beleg. 101. In de plaatsen welke in staat van beleg zijn gesteld, zal de

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1881 | | pagina 494