541 -
hebben teruggehouden van de uiterste welwillendheid en toegevendheid te gebruiken
ten opzigte van de toelating' van vreemdelingen. Uit Pruissen, Gallicië, Moravii',
Croatia. Hongarije, Rusland, Engeland zijn officieren van gezondheid tot den Minister
van Koloniën gekomen en, de een na den ander, als officieren van gezondheid onder
het genot van hooge toelagen en gratificatiën naar Indië gezonden. In 1S74 werden
vier vreemdelingen aangesteld en bovendien nog 3 Engelschen, waarvan een onder anderen
met den rang van Majoor. In 1875 veertien, in 1S70 op nieuw veertien, in 1S77 zes, in 1S7S
twaalf, in 1871) zeventien en in dit jaar zes, of te zamen van 1874 af, gedurende den oorlog
van Atjeh, 7G vreemdelingen. En waren dit nu uitnemende mannen, aan wie de verpleging
van het Indische leger met gerustheid mogt worden toevertrouwd? Laat mij dan mededeelen
en mijne opgaven zijn afkomstig van personen die alle vertrouwen waardig zijn,
en ik verzeker den heer Minister dat hij zich van de waarheid daarvan zal kunnen
overtuigen; ik ben bovendien bereid de personen, op wie ik doel, aan hem te noemen
dat van die officieren van gezondheid er een zeer spoedig overleed aan delirium
tremens, een ten gevolge van misbruik van chloraal hydraat, twee maakten een
einde aan hun leven door zelfmoord, drie overleden zeer spoedig en daaronder was
een groote dronkaard, bovendien werd er één ontslagen wegens dronkenschap, een
wegens krankzinnigheid, zijn naam zal ik noemen, Thor, een wegens misbruik van
morphine, een nam zijn ontslag omdat hij het anders zou gekregen hebben, een nam
zijn ontslag uit eigen beweging, een werd na enkele maanden dienst te hebben gedaan
met verlof gezonden en onlangs hier afgekeurd wegens zwakte, en hij verteert thans
;n Moravië een levenslang pensioen ten laste der Indische geldmiddelen; verder moest
aan 7 anderen, na een onbeduidenden diensttijd, oen tweejarig verlof wegens ziekte
verleend worden
„"Welk oene verschrikkelijke statistiek! En zeer zeker is die nog niet volledig, want
het is zeer moeijelijk om de gegevens op te sporen. De officieren van het Indische
leger vooral bij de hoofdbureaux maken dikwijls bezwaar inlichtingen daaromtrent
te verstrekken, en het is zelfs twijfelachtig of de klagten, die over het personeel van
de officieren van gezondheid door de Nederlandsche Regering naar Indië gezonden,
telkens door de officieren van gezondheid, die boven hen gesteld waren, zijn ingebragt,
het Departement van Koloniën ooit bereikt hebben."
„Wel mag hierop de aandacht gevestigd worden, want wanneer men in overweging
neemt welke sommen al die ongeschikte en veelzins schadelijke geneesheeren wegens
hunne gratificatiën, toelagen, uitrusting, bezoldiging, kosten van reis en terugkeer,
verlofstractementen en pensioenen, aan liet land kosten, dan zal moeten erkend wor
den, dat liet millioendat daarmede misschien zou gemoeid zijn, beter had kunnen
besteed worden. Kaar mijn inzien mag het Indische leger in elk geval niet blootgesteld
worden aan de lie- of mishandeling' van zoodanige sujetten, en ik dring er daarom
ten ernstigste op aan, dat aan de uitzending van zulke vreemdelingen een einde
gemaakt worde. In vroegere tijden had de uitzending van Duitsche officieren van
gezondheid minder bezwaar. Re eisehen voor de studie schenen toen zwaarder te zijn; er
kwamen ten minste meest altijd zeer bekwame geneeskundigen uit Duitschland naar Indië."
„Een ieder, die jaren lang in Indië heeft doorgebragt, herinnert zich dat die geneeskundi
gen wegens hunne wetenschappelijke kennis en goede zeden hoog stonden aangeschreven."