au tableau annexe au présent décret, en dat die lijst niet kan worden uitge
breid dan bij de wet. 'Wanneer men dus, gelijk de geachte vorige spreker,
uit andere artikelen der wet van 1791 redeneert dan aangehaald zijn in
het decreet van 1811, past men die wet toe op plaatsen waarop zij nooit
toepasselijk is geweest, zoo als dan ook in der tijd is beslist door het
hof van Overijssel bij ai-rest van 8 November 1847 de geachte afgevaardigde
uit Amsterdam zal dit gemakkelijk kunnen naslaan. Die wet van 1791
de art. 2, 3 en 4 zeggen het uitdrukkelijk is alleen toepasselijk op
de places de guerredie waren gebragt op de aan de wet geannexeerde
lijst of door eene latere wet daaraan nog zouden worden toegevoegd."'
„Wij hebben alzoo inderdaad alleen te doen met het decreet van 1811,
want dat haalt wel eenige artikelen van de wet van 1791 aan, maar om
die slechts met de wijzigingen, welke het er in brengt, te behouden."
„De wet van 1791 nu denkt zich eene bevestigde plaats in drieerlei
staat, namelijk in staat van vrede, van oorlog en van beleg."
„De staat van vrede is regelis aanwezig zoodra een der twee anderen
niet aanwezig ishetzij staat van oorloghetzij staat van beleg. In het
stelsel van die wet wordt de staat van oorlog geboren door eene verkla
ring die moet uitgaan van de wetgevende magt. De staat van beleg
daarentegen ontstaat van zelf door krijgsgebeurtenissen. Eene bevestigde
plaats is in staat van beleg, zoodra die door een werkelijken buitenland-
schen vijand öf aangevallen, of zoo afgesneden wordt, dat hare gemeen
schap wordt onderbroken."
„Zoo was de wetgeving van de Nationale Vergadering, maar onder
het Directoire, onder de Republiek, heeft men bij eene wet van 10
Fructidor, 5de jaar, den staat van oorlog en beleg ook toegepast op
binnenlandsche onlusten bij opstand of oproer. Laatstgenoemde wet wilde
ook dan de verklaring van den staat van beleg doen uitgaan van het
wetgevend gezag; maar 9 dagen daarna, bij de vjet van 19 Fructidor,
bij eene zoogenaamde loi du salut puhlic, is het regt tot de verklaring-
van den staat van beleg opgedragen aan het Directoire. Die wetten van
het 5de jaar der Fransche Republiek, 1798, zijn hier nooit afgekondigd."
„Intusschen hebben zij klaarblijkelijk invloed gehad op de denkbeelden
en de voorstelling van den auteur van het decreet van 1811. Nadat
Napoleonbuiten geval van oorlog, Brest en naderhand Antwerpen bij
speciaal decreet in staat van beleg had gesteldis het organieke decreet
van 1811 gekomen. Dit behoudt de veronderstelling van drieërlei toestand,
waarin eene bevestigde plaats kan verlceerenvredeoorlog en beleg.
Maar het stelt het ontstaan, hetzij van oorlog of beleg, afhankelijk soms
38