613 en 100 pas achter dat doel den grond treffen, want men heeft geene verandering gebracht in de helling van de vizierlijn; de haan heeft de zelfde kromming als die van 1100 pas. Had het terroinvoorwerp de helft van de hoven aangegeven hoogte, dan zoude kogel ongeveer 50 pas achter het voorwerp vallen, want men mag aannemen, dat de kromming van de baan gedurende die laatste 100 pas niet veel verschilt van de rechte lijn. Men moet daarbij op den bovenlcruin der borstwering richten met eene vizierhoogtedie iets grooter is dan die voor den waren afstand tot de borstwering, opdat de kogels over den kruin zouden gaan en niet in de borstwering zelve smoren. Hoe kleiner de hoogte van het tusschen den schutter en het doel geplaatste voorwerp isdes te dichter vallen de kogels er achter en omgekeerd wordt deze afstand grooter, naarmate de hoogte grooter wordt. Zoo bedraagt volgens in Pruisen genomen proeven bijv. op 1700 M. voor een masker of terreinvoorwerp van 5 M. hoogte de afstand van het valpunt van den kogel achter deze dekking 21j M. en bij eene hoogte van 10 M. reeds 48; men staat dus geheel veiligindien men zich binnen dien afstand achter het dekkend voor werp plaatst. Op een afstand van 1000 M. zal eene hoogte van 3 M. een er achter in compagniescolonne opgestelden troep dekken, indien de voorste sectie vlak achter de hoogte en de achterste er 15 M. van verwijderd staatomdat het valpunt van den kogel op 35 M. achterwaarts ligt en de baan op 16 M. achter de hoogte eerst bestrijkend wordt; om deze colonne op 7 M. achter de hoogte te treffen, zou men op 1600 M. moeten vuren en als dan de troep zich in linie opstelt, zal die nog geheel veilig staan. Uit het bovenstaande volgt, dat men, tot het met succes afgeven van het plongeerend vuur 1° bekend moet zijn met den juisten afstand tot de terreinhindernis 2° weten moethoedanig de helling en de toestand van het achter die hindernis liggend terrein isdewijl daaruit volgthoe dicht de vijand zich daarachter kan opstellenzoodat uit die beide gegevens de opzethoogte wordt afgeleiddikwerf echter zal men tot de slot som komen, dat de afstand, waarop men staat, niet overeenkomt met de kans van treffen van het beoogde doel; men zal bijv. meer

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1881 | | pagina 620