654
belangen, ook nog voor die van andoren op te komen. Werd die deugd
nietzoo als tegenwoordigdoor de meer en meer materialistische richting
van onzen tijd, ook in het leger (waar zij het meest beoefend behoort
te worden) minder opgemerkthet feitdat een oud-Minister van Oorlog
in Nederland met eene taaie volharding en een talent, als gold het zijn
eigen naamvoor het recht van verongelijkte Indische bevelhebbers pleit
waar zijne Indische evenkniën tot dusverre zwegen zoudein onze
dagen, niet als een buitengewoon verschijnsel zijn geciteerd.
Wie onzer zal dan ook niet gaarne de tolk willen zijn van veler dank
baarheid zoowel bij den Generaal Booms als bij den Kapitein De Bas
Bij die dankbaarheid over onverplichte diensten behoort openlijke waar
deering. Sluit die waardeering geene billijke critiek uit, die critiek zij
bovenal humaan.
Indien de Kapitein De Bas in zijn hier aangekondigd opstel over de
Indische Cavalerie enkele denkbeelden voorstaat, waarmede de officier
van het Indische leger geen vrede kan hebben, men vergete niet, op welk
standpunt de schrijver staat en hoeveel moeite het aan vele Indische offi
cieren geheel vreemd aan het Nederlandsche leger, zoude kosten, een
opstel over een der belangen van dat leger te leveren, dat den toets der
moederlandsche critiek zoude kunnen doorstaan.
Die denkbeelden te releveeren, is ons doel niet. Zeer zelden slechts
wijkt dit tijdschrift van den regel af, om behalve boeken en brochures,
ook tijdschrift-artikelen te bespreken, 't Was ons hoofdzakelijk te doen,
den hooggeachten wapenbroeder uit het andere Koninklijke leger een
flinken handdruk aan te bieden voor zijne belanglooze hulp. Moge ook
hij daarvan vruchten plukken!
Repertorium op de Koloniale Litteratuur
of systematische inhoudsopgaaf van hetgeen
voorkomt over de Koloniën (beoosten de
Kaap) in mengelwerken en tijdschriften van
1595 tot 1865 uitgegeven in Nederland en
zijne Overzecsche Bezittingen door J. C.
Hooijkaas, in leven Commies bij het Dep.
van Koloniën, ter perse bezorgd door Dr.
W. N. Du Bieu. Vierde stuk, tweede deel,
tweede helft. AmsterdamP. N. Van Kampen
en Zoon. 1880.
Zie pag 145 en 116, jaargang 1880, deel I van dit tijdschrift.