EEN ONTWERP-STRAFWETBOEK. KRIJGSVOLK TE LANDE. De groote gebreken en leemten in onze militaire strafwet worden voorzeker door ieder officier en in 't algemeen door allen, die aan deze wet onderworpen zijnerkend. De vele over dat onderwerp geuite klachten waren dan ook geens zins van goede gronden ontbloot, maar hoe duidelijk die klachten ook bewezen hebbendat eene spoedige herziening der wét hoogst noodig is, neemt dit echter niet wegdat niet alle veranderingen verbeteringen zijn. Bij het openslaan der tweede aflevering van dezen jaargang Yan dit tijdschrift werd ik inderdaad aangenaam verrast door den titel van het opstelOntwerp van een nieuw 'wetboek van strafrecht voor het krijgsvolk te lande. Het stuk doorlezendebemerkte ik spoedigdat de schrijver een rechtsgeleerde is. Aangezien ik op rechtskundig gebied een leek benzal ik natuurlijk niet zoo aanmatigend wezeneen oordeel te vellen over zaken, die uitsluitend de rechtsgeleerdheid betreffenmaar daarentegen meeu ik wel eenige bescheiden opmerkingen te mogen maken over sommige denkbeelden van Mr. A. J. Bedeker en over zijne zienswijze aangaande de strafbaarheid. Ik doe dit in de volste overtuiging, die de geachte schrijver mij niet ten kwade zal duiden, aangezien wij beiden dezelfde richting zijn toegedaan en dus eene spoedige herzieningmaar tevens eene verbetering der militaire strafwet verlangen. De ondervindingdie de geachte schrijver heeft opgedaangedu rende de jaren, dat hij te Padgng en te Samarang als auditeur- VOOR HÉT

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1881 | | pagina 394