131 schut noodig lxeef't om in onbeklimbare beatings bres te schieten. Heeft, men, na herhaalde proeven, met geene mogelijkheid bij den eersten aanval de benting kunnen binnendringen, dan treklce men zonder de minste verwarring, langzaam terug. De vijand zal dan wel eenige kleine uitvallen doen om ons te vervolgen en beproeven,, onzen troep in wanorde te brengenmaar wanneer hij ons geregeld en bedaard ziet terugtrekken, dan zal hij spoedig ophouden, ons te vervolgen. Blijft hij ons niettemin met eenige stoutmoedigheid ver volgen, dan houde men halt, geeft hem een kartetsschot of doe een worp uit den handmortierdit zal voldoende zijn om hem te doen terugtrekken. Zelfs is dit meer dan eens gebeurd door slechts van tijd tot tijd te doen halt houden en een detachement of peloton de bewegingen tot vuren of tot den aanval te doen verrichten, waarop de vijand overhaast terugtrok. De Sumatraan is gewend, in zijne bentings te strijden; in het open veld durft hij niet veel te onder nemen, tenzij hij ons door een défilé ziet marcheeren; in dat geval weet liij meesterlijk zijne positiën, vóór of achter rotsen of heuvels, rechts en links van de engte te nemen en onzen troep met voordeel te beschieten. In dit geval is hij ook buiten zijne bentings gevaar lijk, zoo als den Luitenant-Kolonel Vermeulen Krieger 011 den zijnen maar al te duidelijk gebleken is bjj hun terugtocht van Pisang in de VII loeras. na den opstand van Bondjol. Uit dien terugtocht heeft men kunnen leereu, hoe goed het is, dat men daarbij steeds de grootste bedaardheid in acht neemt. De Sumatraan vooral maakt van de minste verwarring, die hij bij onze troepen opmerkt, gebruik om tusscheu onze Mamsche hulptroepen te vallen. Deze worden gewoonlijk voor een gedeelte (met de dwangarbeiders) belast met het transport van ons geschut en onze munitie en spoedig in verwarring gebracht. Zijn eenmaal eenige verwoede voorvechters, rechts en links met hunne blanke wapens om zich slaande, tusscheu de hulptroepen gedrongen, dan gaat de geheele bende licht op de vlucht en laat zij alles in den steek. Bij liet retireeren moet men hen daarom liefst tusscheu de geregelde troepen plaatsen. Wordt vervolgd.)

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1881 | | pagina 138