beleid der militaire operatiën in Atjeh heeft gedaan. Een verstandig
Gouverneur-Generaaldie 's lands belang boven het bot vieren zijner
onbegrensde eerzucht stelt, zal zich alleen voorbehouden, van zijne
waarlijk dictatoriale macht gebruik te maken, voor het geval bij de
verdediging tegen oen buitenlandschen vijand oneenigheid tusschen de
handelende personengemis aan verband bij de levende elementen
der verdedigingonbekwaamheidwerkeloosheid of verslapping der
tucht bij de hoofdpersonen in liet leger liet noodig zouden doen zijn.
Deze gedragslijn wordt gewoonlijk door een souverein Torst ten
aanzien van zijne legers gevolgd. Hij vergenoegt zich met het staats
bestuur in handen te houden en de hulpbronnen voor de oubelemmerde
oorlogvoering te scheppen en te verzamelenmaar het beleid dei-
militaire operatiën draagt hij op aan zijne Generaals, die'voor hunne
daden verantwoordelijk zijn. Indien men zich nog weet te herinneren
hetgeen met het opperbevel der Fransche troepen in de Krim gebeurd
is en den afstand, dien Generaal Oanrobert van het opperbevel heeft
gedaan om onder een jonger opperofïicier met een ondergeschikt com
mando tevreden te zijnindien men de oudere Fransche Maarschalken
in den oorlog van 18701871 zich zonder protesten zag stellen onder
het opperbevel van den Maarschalk Bazainedan zal men het met
ons eens zijn, dat het deu Generaal, wieu de verdediging van een
land of het beleid der militaire operatiën opgedragen isin den
regelniet te doen is om gaarne met zoo eene zware taak te worden
belast, maar wel, 0111 daarmede belast wordendeiu zijne handelingen
niet onder toezicht van onbevoegde en zich buiten het terrein des
oorlogs ophoudende civiele autoriteiten te staan.
De weinige zelfstandigheid, die men aan den Indischen Legercom
mandant heeft gegevenis een gevolg van vreesmaar die vrees is
onverstandig. Als de buitenlandsche vijand voor de deur staat, zal
meer dan één Legercommandant gaarne afstand willen doen van eene
groote mate van zelfstandigheid. De verdediging van Javaen zoo
veel te meer van een grooter gedeelte der kolonieeisehtmet de
voorhanden krachten en hulpmiddelen zoo lang het Opperbestuur
daarin uit finantieele overwegingen geene vermeerdering brengt in
den tegenwoordigen tijd eene bijna onmogelijke krachtsinspanning.
Waarom heeft men dan, ten einde een waarborg meer te hebben
