de zelfstandigheid van beide hoofden van leger en vloot, met het op perbevel over de gezamenlijke strijdkrachten te land en ter zee zoude kunnen worden belast. Die keuze zal soms noodig kunnen zijn. Lntre la victoire et la défaite il y a un empire, heeft Napoléon I gezegd. In het verlies der kolonie heeft de Gouverneur-Generaal minder belang dan de Koning. Het behoud der koloniè, die het zwaarte punt uitmaakt van het aanzien van Nederland bij de overige mogend heden, vertegenwoordigt niet alleen een staatsbelang, maar ook het belang der dynastie. De gevoelens mogen nog verdeeld zijn oïlnclië's lot bij een oorlog met een buitenlandschen vijand achter de nieuwe Hollandsche waterlinie beslist dan wel dat Nederland in Indië verdedigd moet worden; zóó veel is zeker, dat, met het verlies der kolonie, Nederland's politieke beteekenis zéér veel zal dalen. Stelt men den Legercommandant alleen verantwoordelijk voor den toestand van het leger, dan zoude men hem ook alle middelen moeten beschikbaar stellen, welke hij tot dekking zijner verantwoordelijkheid noodig acht. Zoude de begrooting van Oorlog zoodoende niet mot eenige millioenen verhoogd worden? Eenmaal die verantwoordelijkheid aan den Legercommandant geven de, zoude zij dan niet tevens aan alle Directeuren van algemeen bestuur gegeven moeten worden Zoude men daardoor geen voedsel geven aan het wel meer dan eens geopperde denkbeeld om van die Directeuren Ministers te maken? Zoude het denkbeeld van verant woordelijke hoofden der departementen van algemeen bestuur wel voor Indiè wenschelijk zijn? Zoude het niet leiden tot vermindering van het gezag van den Gouverneur-Generaal Ziedaar vele vragen, welker beantwoording noodig is. In hoeverre de ware verantwoordelijkheid van den Legercomman dant aanleiding zoude moeten geven tot eene onvermijdelijke ver hooging der oorlogsbegrooting, kan moeilijk als eene bewezen quaestie worden aangenomen. Wat de Indische centralisatie betreft, daarover heeft de oud Minister van Koloniën J. C. Baud reeds den staf gebroken. Sedert is er meer decentralisatie gekomenmaar nog lang niet genoeg. In hoeverre nog meer decentralisatie noodig of gewenscht is, behoort tot het ge-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1881 | | pagina 159