aan den Gouverneur-Generaal ondergeschikt is, maar zij mag en moet geen voedsel geven aan liet denkbeelddat de Legercommandant in zuiver militaire aangelegenheden verplicht wordt, tegen zijne over tuiging en tegen de regelen der krijgswetenschap in te handelen, zoo als herhaaldelijk gebeurd is. In die instructie moet duidelijk worden gezegd welke de bevoegd heid is van den Legercommandant in tijd van vrede en van oorlog. En eindelijk moet uit het Regeeringsreglemen'tdat de Gouver neur-Generaal is opperbevelhebber van leger en vloot. Hem worde slechts het oppergezag daarover opgedragen. X.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1881 | | pagina 165