185 het verbreken der gemeenschap, anders dan over zee, met de in westelijke richting ageerende troepen? Ten slotte zij hier nog opgemerktdat ook bij den marsch langs het strandhoewel de onderlinge gemeenschap en die met de zee als gemeenschappelijke basis voor de onderdeelen behouden bleef, onze macht bijna altijd gesplitst heeft gemarcheerdgeageerd en gebivak keerd, zoomede dat de marsch naar Pencijoeng op den 18en December 1873, overeenkomstig het denkbeeld van 0., plaats vond in twee colon nes, waarvan de eene, de linker flank gedekt door de Tjipandjang een geruimen tijd langs dien inham marcheerde. Daar waar O. spreekt over de grasvlakte Lemboe, de oosterface als front van aanval, de overtocht der rivier boven Pakan Atjeh, enz., blijkt, dunkt mij, duidelijk, dat hij mijne brieven niet bijzonder oplettend heeft gelezen. Heb ik van bladz. 43 t/m 47 niets gezegd over de weinige uitwerking onzer Artillerie en wel voornamelijk der Vestingartillerie tegen goed versterkte vijandelijke stellingen; over de noodzakelijkheid omwanneerzoo als Borel wildeeene écharpeer- batterij ware aangelegd, ook den geheelen kampong Lemboe te bezetten; over de machtsversnippering, waartoe het laatste op een oogenblik, dat het voorzien in de behoeften van den troep toch reeds zoo groote bezwaren opleverde, aanleiding zou hebben gegeven; over den Zoo als men weet, waren de correspondenten van den Jctva-Bodetijdens de tweede expeditie den opperbevelhebber niets minder dan gunstig gezind. Daarom kan ik mij niet onthouden, mede te deelen wat op den 22en December 1873 door een hunner werd geschreven. Het luidt als volgt en is ook niet onbelangrijk voor hem, die de mogelijkheid van den marsch van Gigieng rechtstreeks naar Pantel Peralch wil beoordeelen. „Bivak Atjeh-rivier, den 2en December 1873." „In het bivak heerscht eene enorme bedrijvigheid, want vooreerst zullen we hier wel blijven en van hier uit ageer en, en een ieder tracht dus, partij trekkende van allerhande materialen, die de kampongs opleveren, zich een huis te bouwen en zich zoo comfortable mogelijk in te richten „Men is bezig eene brug over de rivier te slaan, ten einde de beide oevers te vereeni gen, aangezien ook de overkant door ons bezet is en wij wel ook aan beide oevers gelijktijdig zullen ageeren. Gezondheidstoestand beterende, maar nog niet pluis. Weer buitengewoon goed. Wanneer onze operatiën tegen den Kraton zullen beginnen ten eenen maal onbekend. Wij gaan zeer langzaam vooruit. Ook moeten nog tal van materialen van boord komen, vooral zwaar geschut, ten einde den aanval voor te bereiden. Juist daarom is het voor ons van groot belang, dat wij de rivier hebben,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1881 | | pagina 192