199 vijand toen capituleerde, bewijst, dat hij zich in die, zij het dan ook gebrek kig ingesloten sterkte niet op zijn gemak gevoeldedat hij van den hem aangeboden aftocht geen gebruik maakte, maar zich door de insluitings linie heen sloeg en er ongedeerd afkwam, bewijst dat hij de belofte der tegenpartij niet vertrouwde, en dat de insluiting onvolkomen was, of wel dat het bij de insluitingslinie aan waakzaamheid heeft ont broken. Een feit is het echter, dat Moentar Alam ten gevolge der insluiting in onze handen viel, en noodzakelijk moet elke Inlandsche versterking binnen zeer korten tijd vallen, zoo men er in slaagt, haar volkomen °in te sluiten". Hoe vervelend het ook moge zijn, heb ik mij verplicht gevonden, de woorden van O. woordelijk weer te geven, ten einde te doen zien, hoe hij critiseert. - En nu mijn antwoord. Al dadelijk een paar vragen. Eilieve, zou de insluiting van den Kraton volkomen zijn geweest?-Is 0. vergeten, dat hij op bladz. 431, I. M. T. gezegd heeft, dat dit waarschijnlijk niet had kunnen plaats hebben, maar dat het ook niet bepaald noodig was? Wat bedoelt hij met eene volkomen insluiting? 0. heeft blijkbaar met de moeite genomen, het verhaal van de belegering van Moentar Alam zoo als het in het Militair Tijdschrift van 1870 voorkomt, in te zien. Had hij dat gedaan, clan zou hij gemerkt hebben, dat de poging tot onderhandelen niet van den vijand, maar van ons is uit gegaan, daar wij, op grond dat de insluiting bijna voltooid was, (O. lette wel op: de insluiting door eene den kampong omringen e palissadeering) den vijand door een Pangeran lieten sommeeren om de wapens neer te leggen; dat hij weigerde, dit (ons) voorstel aan te nemen, doch volgens mededeeling van genoemden zendeling wel wilde aftrekken, mits men hem de wapens liet behouden. Daardoor is het geheele argument van O omtrent het zich niet op zijn ge mak gevoelen van den vijand, waarom hij wilde capituleeren, weg gecijferd. De verdedigers verwierpen ons voorstel om de wapens neer te leggen onvoorwaardelijk, maar wilden altijd volgens zeggen van onzen parlementair - wel aftrekken met behoud hunner wapens, met andere woorden een bewijs van hun goeden wil geven. Mij dunkt, voor lieden, wier terugtochtslijn. reeds 13 dagen bedreigd werd, gaven zij door ons voorstel af te wijzen een be wijs van zich nog vrij goed op hun gemak te gevoelen, zoo op hun

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1881 | | pagina 206