238 gelegen YII kottas. De massa vijanden in de frontlinie was zeer groofconze macht zwak en de loopgrachtzonder groote opofferingen, moeilijk over te komen. Wij hadden aan onze rechter zijde eene vijandelijke flankbentingdie met de frontbenting des vijands vereenigd was. De Luitenant Hendriks stond met zijne Boegineezen tegenover de flankbentingwier verdedigers met donderbussen gewapend waren en de flank onzer colonne beschoten, om den vijand door een tirail- leurvuur daaruit te verdrijven. De Majoor Michiels kwam toen met den Kapitein der Artillerie Hellwig bij Hendriks en stelde hem voor om met Hellwig en een detachement zijner Boegineezen benevens twee tamboers de flankbenting te beklimmenden vijand daaruit te verdrijven en vervolgensmeester van de benting zijnde en den stormmarsch slaande, naar de frontlinie des vijands op te rukken, schrik onder hem te verwekken en den hoofdtroep in zijn opmarsch bevordelijk te zijn. Nadat Hendriks de opdracht dadelijk uitgevoeid had, liet Michielsmet den stormmarsch, langzaam tegen de front benting oprukken en door deze gecombineerde beweging waagde de vijand niet veel tegenstand te bieden. Toen Hendriks met Hellwig en zijne Boegineezen 0111 een van de saillanten der frontbenting deze binnendrong, vielen de reeds naar die zijde in overhaasting vluch tende vijanden nog door het vuur der Boegineezendat zij niet eens hadden beantwoord, en zoodoende kwam het detachement van Hendriks te gelijk mot den hoofdtroop in de frontbenting. Dit wapenfeit kostte het detachement 3 dooden en den hoofdtroep 13 dooden en 17 gewon den, waaronder de Kapitein der Infanterie De Quaymaar binnen het uur waren onze troepen meester van de YII kotas. Bij Kamang waar de Generaal-Majoor Bieszmet den Luitenant-Kolonel Elout, aan het hoofd van eene aanzienlijke machtreeds drie mislukte aan vallen op de vijandelijke linie ondernomen had en het binnendringen daarvan niet doenlijk was door de dichte heggen van bamboe-doeri der borstweringen en de met randjoes en doornen bezaaide loop gracht van aanmerkelijke breedte, werd de Majoor De Quay met den len Luitenant Von Lützow naar een ander punt der vijandelijke linie gezonden, om te trachten die aldaar binnen te dringen. De Luitenant Von Lützow vond zoodanig punt; en terwijl de massa des vijands aan de westzijde van Kamang tegen de hoofdmacht van den

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1881 | | pagina 245