240
dan zullen ook die enkele in linie staande mannen de vlucht nemen
en zoo is het herhaaldelijk gebeurd, dat de troepen, eene ledige ben-
ting binnendringende, verleid werden, den vijand onmiddelijk te ver
volgen en de kampongs binnen te gaan. Yaak is het gebeurd, dat
indien deze vervolging niet met de meeste orde en omzichtigheid
geschiedt, de vijand, zich achter bergruggen, in ravijnen of bosschen
en naast kleine défilés schuilhoudende en aldaar onze troepen afwach
tende, bij het zien van de minste wanorde in onze gelederen (die nog
al vaak bij voorspoed heerscht), in eens en in massa uit zijn schuil
hoek te voorschijn komt en met sabel en lans tusschen onze troepen
valt en daarin zoodanigen schrik verwekt, dat men de manschappen
moeilijk meer kan vereenigen en soms ieder zich door eene overhaaste
vlucht zoekt te redden. Er zijn voorbeelden uit verschillende oor
logen, dat onbedachtzame officieren zich zoodanig door den voor
spoed hebben laten verblinden, dat alle behaalde voordeelen in eens
door ééne onvoorzichtigheid niet alleen verloren zijn gegaan, maar
onze troepen ten slotte de nederlaag leden.
Yindt de troep na eene bestorming eene ben ting ledig, dan moet
dadelijk halt gehouden worden en de troep op het voordeeligste ge
deelte van het terrein in eene slagvaardige positie komen. Dubbele
waakzaamheid worde in acht genomen. De hulptroepen, die zoo
gaarne stroopen en alles doorzoeken, late men eerst alle bergen,
bergruggen, kloven, rivieroevers, diepten, holle wegen, grotten en
bosschen benevens alle mogelijke toegangen verkennen, alvorens men
met de geregelde troepen verder ga. Splitsing van deze moet steeds
vermeden worden. Men houde de geregelde troepenmacht bijeen om
ten allen tijde gereed te zijn, een aanval des vijands te wederstaan.
Zoo ieder soldaat goed uit zijne oogen ziet en de troep bij elkander
blijft en slagvaardig is, zal het niet mogelijk zijn, dat men door den
vijand overvallen wordt. Ziet de vijand, dat onze troep waakzaam
is, hoort hij dat ons geschut steeds geladen is, dan zal hij het niet
alleen niet licht wagen, tot den aanval over te gaan, maar ook zijne
schuilhoeken spoedig verlaten en verder terugtrekken.
Soms gebeurt het, dat onze troepen een vijandelijk district binnen
rukken, dat zonder sterke bentings is en waar geen wederstand ge
boden wordt; terwijl later blijkt, dat alle daarin staande huizen ledig