NAAR AANLEIDING VAN EENE BIJDRAGE TOT Dat de Kraton, zoo de omtrekking nog 14 dagen of eene maand was uitgesteld, zich ook nog 14 dagen of eene maand zou hebben verdedigd, is zeer goed mogelijk. Dat is echter niet de vraag. Deze is of de omtrek king, zonder te vervallen in het avontuurlijke en zonder de uitkomst groo- tendeels aan het toeval over te laten, met de voorhanden middelen en gegevens, vroeger kon en mocht plaats hebben. Dat tracht O. te bewijzen door hypothesen en door zijne wetenschap après coup. Hij vergeve mij, dat ik redeneeringen van dien aard geene bewij zen noem. Alleen de toestand van het oogenblik; de gegevens, die men toen had; de middelen, waarover men toen beschikte; en de ondervinding, verkregen bij vroegere krijgsgebeurtenissen, mogen worden in de schaal gelegd. Dat ik gezegd hebdat het onmogelijk zou zijn geweest, na het nemen van de Mesigit tot de omtrekking over te gaan, is onjuist. Waarom zou men er niet toe hebben kunnen overgaan? Maar dit te doen, met zekere kans van slagen, is geheel wat anders. Ik heb gewezen op onze positie als koloniale mogendheid en de treurige gevolgen, die uit een échec zouden voortvloeien, waarom de opperbevelhebber onverantwoordelijk zou hebben gehandeld, door de omtrekking of insluiting te beproeven, zoolang deze, bij gebrek aan voldoende gegevens, het karakter bezat van een waagstuk. Vervolgens heb ik gewezen op de terreinhindernissen, die ons vol- DE KENNIS DER GESCHIEDENIS VAN DE TWEEDE ATJEHSCHE EXPEDITIE. {Vervolg. Zie af.. No. 8). Bladz. 71 en 73, „Open brieven."

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1881 | | pagina 265