260 zag de tweede bevelhebber zich genoodzaakt, toen hem ten 3f uur des namiddags door den Luitenant-Kolonel Van der Heijden werd bericht, dat wij nu niet achter de versterking van Panglima Polim maar achter Pakan Atjeli waren, omdat hij niet wilde afzien van zijn voornemen om de vijandelijke positie om te trekken en zijne troepen niet wilde blootstellen, om tusschen Pakan Atjeh, de ben- ting van Panglima Polim en den Kraton slaags te raken reeds op dat vroege uur het bivak te betrekken. Met welke macht (Infanterie) zou nu de omtrekking op den 7cn Januari 1874 van Kotta Petjoet uit hebben kunnen worden onder nomen? Het antwoord luidt: met die, welke op den 23cn Januari gebezigd werd; misschien een paar honderd man sterker, omdat ge rekend moet worden met de verliezen door ziekte en sterfte v/m 7 t/m 22 Januari, maar zonder het pas van Padang aangekomen 2e bataljon, dat wil zeggen ongeveer met de macht, welke op den 12en Januari 1874 tegen Kotta Petjoet en Goenongan opereerde, verminderd met de troepenwelke die beide sterkten na de verovering- moesten bezetten. Die macht bedroeg in den aanvang twee halve bataljons. Spoedig echter kregen deze eene ondersteuning van 4 compagniën, terwijl nog j- bataljon in reserve bleef. Maar op den 7en Januari hadden Petjoet en Goenongan even goed moeten genomen en bezet worden als op den 12en d. a. v., voor en aleer tot het voortzetten der om trekkende beweging had kunnen worden overgegaan. Blijven over twee halve bataljonswaarvan een in reservete samenaannemende dat op den 7en de verliezen en non-valeurs door sterfte en ziekte nog maar 20 pCt. bedroegen, ongeveer 850 man. Of meent O. soms, dat reeds dadelijk na de vermeestering Petjoet en Goenongan met 3 compagniën hadden kunnen bezet worden, zoo als op den 14on, toen de ondervinding van den vorigen dag geleerd had, dat onze overige positiën te zwak bezet waren, werd gedaan Ik heb er vrede mede. Hij krijgt dan, zoo hij wil over het hoofd zien, dat wanneer de daardoor beschikbaar komende troepen voor de voortzetting der „Generaal Van Sioieten en de waarheid", door den Generaal Verspij ck, bladz. 42.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1881 | | pagina 267