420 troepen retireeren, dan moeten zij tot achter onze verschansingen gaan of daarin worden opgenomen om zich gedurende den nacht te kunnen staande houden. De colonnecommandant regele nu verder zijne voorwaartsche be wegingen voor de vermeestering der tweede en volgende linie des vijands naar plaatselijke omstandigheden. Zet hij zijne plannen be daard en met overleg door, voor zooverre de sterkte zijner colonne dit gedoogt, dan kan hij er verzekerd van zijn, dat hoe meer terrein hij wint, hoe grooter de moedeloosheid des vijands zal worden. Hij houde echter steeds rekening met de sterkte zijner macht, ook als hij vele voordeeleu behaalt. Gedoogt die sterkte niet, dat hij zijne voorwaartsche beweging vervolgt, maar moet hij eenige dagen op toezending van troepen, munitie, geschut en vivres wachten, dan moet hij zich, hoe moeilijk dit soms zijn zal, trachten staande te houden en de eenmaal behaalde voordeelen niet prijs geven, wel bedenken de, hoe veel opofferingen het ons zoude kosten om het verlorene te hernemen. Rukt de colonnecommandant verder voorwaarts, dan moet hij de genomen vijandelijke liniên zoo spoedig mogelijk zoodanig onbruik baar maken, dat de vjjand die niet spoedig weder herstellen kan. De eenmaal tot bentings ingerichte position moet hij evenwel niet ontruimen, maar integendeel meer en meer versterken, omdat die punten hem later zeer dienstig kunnen zijn, wanneer hij in de nood zakelijkheid komt van te moeten terugtrekken. Bij het overrompelen van vijandelijke voorposten zal het altijd zaak zijn, den officier, wien die moeilijke en gevaarlijke taak wordt op gedragen, een officier alsmede een zeer bruikbaar onderofficier toe te voegen, om hem te kunnen vervangen, bijaldien hij mocht komen te sneuvelen of zwaar gewond wordt. Vijandelijke stellingenzooals hierboven bedoeld wordenvond men o. a. bij Lintautoen onze troepen aldaar kwamen. Het landschap van dien naam is eene langwerpige vlakte, zich van Marapalam tot Kotta toedjoe en van hier tot Padang Siboesoet PcilanM en Moewara uitstrekkende en eene lengte hebbende van ongeveer 10 uren gaans. Van af Fort Van der Capellen is deze vlakte door een doorloopenden bergrug of eene aaneenschakeling van

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1881 | | pagina 427