424 Heeft de colonnecommandant geene voldoende middelen, daartoe over te gaan, dan moet hij er zich slechts toe bepalen, de voornaamste toegangen tot de vijandelijke stelling, zoowel die van onze zijde als die van den kant, waarvan de vijand hulp van strijders of toevoer van verschillende benoodigdheden kan bekomen, te bemachtigen en zich op die punten zoo lang verdedigenderwijze trachten staande te houden, tot dat hij over die middelen zal kunnen beschikken om zijne operation door te zetten. Het oorlogvoeren op Sumatra verschaft ons het voordeel, desver- kiezende, zóó te kunnen handelen, omdat de Sumatraansche vijand tijdens den Padri-oorlog (18191845) niet was gelijk de vijand ge durende den oorlog op Java van 18251830, die onze troepen noodzaakte, aanhoudend heen en weer te trekken, ten einde hem op to zoeken; terwijl de Sumatraansche vijand gewoonlijk alleen in zijne versterkingen te vinden is. Enkele vijanden, met fanatieke priesters aan het hoofd, doen soms uitvallen. Wel zullen deze uitvallen ons eenig nadeel toebrengen, maar dit zal niet van groot belang zijn. Sedert 1834 heeft men van den vijand in Bondjol ondervonden, hoe lang onze troepen zich tegen den Sumatraanschen vijand kunnen staande houden en dat, zoo zij slechts volhouden, die vijand op den duur tegen onze macht niet bestand is. Wel is waar heeft men in het begin weinig aan eene overwonnen bevolking, omdat de door haar bewoonde landstreek gewoonlijk on bevolkt in onze handen komt, daar de hardnekkige vijand na zijne nederlaag in den regel naar zijne ons evenzeer vijandige naburen of hosschen en wildernissen vlucht. Dit zal echter nooit van langen duur zijn. De colonnecommandant of de bevelhebber der expeditie hebbe dadelijk te zorgen, dat hij in die landstreek een of meer ver sterkingen laat oprichten en eene mobiele colonne samenstelt om de communicatie tusschen die en onze andere versterkingen open te hou den. In het belang dier communicatie beginne men zoo spoedig mo gelijk met den aanleg van de noodzakelijkste wegen. De verschil lende transporten mogen in den beginne niet door kleine detachemen ten begeleid worden. De vijand, die zich nog ergens mocht vertoo- nen, moet zoo spoedig mogelijk door die mobiele colonne opgezocht en aangevallen worden. Yooral trachte men, eenigen zijner voor-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1881 | | pagina 431