BOEKBESCHOUWING.
India in 1880, bij Sir Richard Temple,
Bart., G. C. S. J., C. J. E., D. C. L., Late
Governor of Bombay Lieutenant-Governor
of Bengal, and Finance Minister of India.
LondonJohn Murray, Albemarle street.
1880.
Officieren van het Indische leger, die het hier aangekondigde werk niet
als leesboek in handen nemen, maar zich daaruit een beeld wenschen te
vormen van het Britsch-Indische leger, zijne staatsrechtelijke verhou
ding tot de wetgevende en uitvoerende machten en zijne instellingen,
zullen wel doen, eerst kennis te nemen van „De grondslagen van het
Britsch-Indisch beheer", een werk dat in 1876 door de Heeren Verkerk
Pislorius en Van der Lith op last van den Minister van Koloniën is
uitgegeven. Niet, dat zij daarin iets van belang uit een militair oogpunt
zullen vinden, doch de voorafgaande lezing van dat hoek zal alleen bij
hen de overtuiging vestigen, dat het Britsch-Indisch bestuur niet, zoo als
velen nog denken, een half-militair maar een zuiver civiel bestuur is, dat
evenwel niet alleen door burgerlijke ambtenaren, maar ook door officieren
gevoerd wordt; een feit, dat tegenover de Britsche staatsinstellingen en het
algemeene karakter der Engelsche natie merkwaardig genoemd mag worden.
Het aantal dier officieren, zegt de schrijver van het hier aangekondigde
werk, is zeer groot. Tegenwoordig woi'den zij uit den staf van het leger
genomen en niet alleen hij het binnenlandsch bestuur geplaatst, maar
ook voor verschillende diensten van meer staatkundigen aard gebruikt.
Het grootste gedeelte der betrekkingen van politieken of diplomatieken
aard berust trouwens in handen dier officieren. Wie herinnert zich niet
de namen van twee befaamde politici van den laatsten tijd, die beiden
hoofdofficieren in Britsch-Indische dienst waren: Cavagnari en Doria?
Maar ook vele betrekkingen bij het binnenlandsch bestuur zijn in hunne
handen, namelijk in de provinciën PanjahOudh BurmaAssamhet
centraal gedeelte van Britsch-IndicSind en Berar. In hunne qualiteit
29
