453 oorlog kan voorkomen en in liet tweede geval dien spoedig tot een beslissend einde brengenworden echter in onze bezittingen sedert uitslui tend buiten het leger gezocht. Maar niet alleen op het gebied der poli tiek, der civiele administratie en der ingenieurskunst hebben Britsch- Indische officieren zicli bekend gemaakt, sommigen hunner waren ook taalbeoefenaars, die door de Regeering zeer aangemoedigd worden, of schreven standaardwerken over geschiedenis en ethnographie. Ook de Britsch-Indische krijgsgeschiedenis kan op het bezit van zeer goede werken bogen. Officieren als DuvtindBroomeBecich en Bawrie schreven over den eersten Afgaanschen oorlog, de Britsch-Indische Artillerie, de Britsch-Indische Zeemacht en de oorlogen in Burma. Niet het minst hebben officieren zich een naam verworven bij de geo- graphische en topographische diensten in Britsch-Indië. Daaraan is door de Regeering steeds veel zorg besteed; geen wonder, daar het niet alleen een zuiver militair, maar een landsbelang geldt. Onder hen, die zich bij de triangulatiewerkzaamheden verdienstelijk hebben gemaakt, wordt do Kolonel Everest het eerst vermeldnaar wien de tot dusverre bekende hoogste top van het Himalaya-gebergte genoemd is. Ook wijden zich officieren aan magnetische waarnemingen en de vele werkzaamheden op het gebied der meteorologie. Even omvangrijk als de geographische is de topographische opname. Welke gedetailleerder geschiedt de Britsch- of de Nederlandsch-Indische, laat zich niet onvoorwaardelijk zeggen. De Britsch- Indische topographische kaarten worden wellicht niet zoo mooi uitge voerd als sommige Nederlandsch-Indischemaar de nauwkeurigheid, waar mede de topographische dienst in Britsch-Indië werktis herhaaldelijk be wezen. Sommige opnamen als die van Cashmir, Ladakh, Iluzara in Panjab de IB ester n Ghat mountains bij BombayMysore de theedistricten in Assam de koffiedistricten aan de kust van Malabar en het stroomgebied op de Oostkust zijn buitengewoon belangrijk; maar men vergete de vele bezwa ren niet, aan die terreinopnamen verbonden, en de vele offers aan men- schenlevensdie zij in zoo vele ongezonde als door veel wilde dieren bewoonde landstreken kostten Gaan wij na hoe de niet-militaire Engelschen over het algemeen over hunne in de koloniale oefenschool geteelde officieren sprekendan mag men gerust zeggendat Albio?i trotsch is op de mannen dier school waaruit een Napier en een JEolseley en zoo vele anderen zijn op den voorgrond getreden. Het feit, dat eene niet-militaire natie die officieren onder hare verdienstelijkste burgers noemtmag niet verzwegen worden. Er zijn andere niet-militaire natiën, die anders handelen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1881 | | pagina 460