474 Waar de straf van cassatie zonder nadere bijvoeging is bedreigd, heeft Je rechter keus tusschen de straffen, hierboven aangewezen als vervan gende de drie in het Crimineel Wetboek voor het krijgsvolk te lande voorkomende soorten van cassatie. Waar als bijkomende straf, gevangenis of bannissement is bedreigd vervalt deze straf. Art. 20. De artikelen 16 en' 18—52 van het Crimineel Wetboek voor het krijgsvolk te lande zijn afgeschaft. Art. 21. Art. 52 van de wet op den overgang van de vroegere tot de nieuwe wetgeving is op deze toepasselijk." Het tweede gedeelte der wet van 14 November 1879 luidt: „Art. 1. De straf van slagen, vastgesteld bij het thans vigeerend Reglement van Krijgstucht voor het krijgsvolk te lande, wordt afgeschaft. Art. 2. De straffen van cachot of gat, alsmede die van het provoost worden, voor zooveel daartoe gelegenheid bestaat, in eenzame opsluiting ondergaan. Sluiting in de boeien heeft plaats zonder kromsluiting. Art. 3. De straf van het wegzenden met een briefje van ontslag blijft gehandhaafd, ook waar zij door het Reglement vereenigd met de straf van slagen wordt bedreigd. Art. 4. Onder de straf van degradatie wordt in liet Reglement verstaan het terugbrengen van een onderofficier tot den stand van soldaat, met dien verstande, dat hij bij goed gedrag op nieuw voor bevordering in aanmerking kan komen." Gaarne zouden we hieraan willen toevoegen, hetgeen over deze wet verhandeld werd tusschen de Regeering in Nederland en de Wetgevende macht; onze beschouwingen zouden echter daardoor te veel ruimte in dit tijdschrift innemen. Hoe zal nu die wet voor het Indische leger luiden Met belangstelling wachten wij haar af. Zij behandelt toch een zeer voornaam gedeelte onzer militaire strafwetgevingde straffen. „De Koning wil, dat de soldaten met zachtheid en menschlievendheid worden behandeld", lezen wij in art. 1 van het „Reglement op de In wendige dienst der Infanterie van het Nêderlandsch-Indische leger". Zeker, dat willen wij allen! Maar tusschen de elementen van een militieleger als het Nederlandscheen die van een huurleger als het Indische, bestaat Als er in eene volgende aflevering plaats is, zullen we gaarne aan den wensch des schrijvers voldoen. Redactie.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1881 | | pagina 481