DE RESERVE VAN HET INDISCHE LEGER. "Wij hebben het voorrecht gehad, vele officieele schrifturen te kun nen raadplegen, over stelsels van verdediging van Indië tegen een buitenlandschen vijand handelende. Wij hebben eerbied voor den giooten aibeid daaraan besteed. Wjj voelden ons vaak gedrongen, het publiek mede te deelen, wat kundige officieren van het Indische leger uit vroegeren en lateren tijd in het belang daarvan hebben tot stand gebracht, maar we werden ook even vaak daarin verhinderd door de strenge verbodsbepalingen van verschillenden aard. Het zijn ook die bepalingen, welke ons thans beletten, zelfs mededeelingen te doen, welke noch den staat, noch eenig persoon zouden kunnen benadeelen. Maar wat ons niet belet, hier openlijk te verklaren, is, dat het ons bij de lezing dier schrifturen is voorgekomen, dat de quaestie der levende strijdkrachtennamelijk de kern der quaestie, steeds oppervlakkig behandeld is geworden. Men versta ons wel. Wij willen niet beweren, dat aan de levende strijdkrachten zeiven niet genoeg aandacht is geschonken, geenszins. W ij vermeenen, ons aan geeue onbescheidenheid schuldig te maken, door hier openlijk de verklaring af te leggen, dat elk Indisch defen siestelsel rekening heeft gehouden met uitbreiding van het leger. Maar t is niet genoeg, de meest uitgewerkte en logische voorstellen tot legeruitbreiding in te dienen, men hebbe tevens den weg te wijzen, hoe daartoe op de doeltreffendste engoedkoopste manier te geraken. En dat aan dezen eisch niet gemakkelijk Iran worden voldaan, is te begrijpen. Het vraagstuk der defensie ver tegenwoordigt niet alleen een militair belang, maar is eene combinatie van politieke, oeconomische, sociale en fmancieele belangen. Het om vat vele wetenschapen, die niet alleen het deel van den officier, maar ook van den staatsman, den bestuurder zijn. Is het vaststellen van een rationeel, nationaal verdedigingsstelsel 31 'O

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1881 | | pagina 490