530
De interpretatie van punt 9, in verband met punt f. wordt ons te
moeilijk.
Het kan niet ontveinsd worden, dat een hoogere in rang, verplicht
om met Onderwerpaan een autoriteit te schrijven, die een infe-
rieuren rang bekleedt, hierin iets stuitends zal gevoelen. Men ge
hoorzaamt aan het voorschrift iu de A. O. rST° 52 van 1863 om
botsingen te voorkomen en niet als recalcitrant gequalificeerd te
worden. W ij kennen een officier, die in Atjeh een corps comman
deerde, binnen eene der liniën op verschillende posten gelegerd terwijl
deze corpscommandant hoofdofficier was, werd de linie door een Ka
pitein gecommandeerd Feitelijk stond die Majoor onder de bevelen
van bedoelden Kapitein, moest hem rapporten inzenden, voorstellen
doen, enz., enz. Of daar gehandeld werd in den geest der regle
menten en in het bijzonder volgens militaire opvattingen en begrip
pen, gelooven wij ten sterkste te moeten betwijfelen. Men zal ons
misschien toevoegen, dat het zoo even besproken en abnormale
voorbeeld door den oorlogstoestand in Atjeli gewettigd werd; wij
kunnen dit echter niet toegevenwant een hoofdofficier, die een corps
commandeeren kan, kan ook eene linie commandeeren. Was be
doelde hoofdofficier voor de velddienst ongeschikt, (en dat was het
geval nietdan nog ontneemt hem dat de geschiktheid niet om het
bevel over eene linie te voeren; men had dien hoofdofficier moeten
verschoonen van de naleving van zoo veel onaangenaams of stuitends
en om tot ons onderwerp terug te keeren van de bij gevolg minder
doeltreffende bepalingen op het punt der militaire correspondentie.
Trekken wij te velde tegen het schrijven met Onderwerpbij
punt h van 2 der meergenoemde A. O. vinden wij een voorschrift,
dat wij eveneens afkeuren, omdat de aangegeven vorm langwijlig is
en aanleiding geeft tot het bijna geheel overschrijven eener missive,
waarbij eene lastgeving of opdracht plaats heeft. En waartoe? Kan
men, na in den aanhef der missive te hebben bekend gesteld, dat
men uitvoering geeft aan de opdracht of den last, gegeven bij mis
sie'6 ddK°niet dadelijk tot de
beantwoording overgaan? Men zal ons er op kunnen wijzen, dat
deze bepaling ook voor de burgerlijke dienst bestaat; maar terwijl
bij het leger met hand en tand daaraan vast gehouden wordt, is dit