446 Verduurzaamde levensmiddelen. Officieren, die de circulaire gelezen hebben van den Indischen Hoofd intendant der Militaire Administratie dd. 13 Mei 1879, 3e bureau, N° 3187/73, moeten eens kennis nemen van een in de afleveringen 3 en 4 van den Militairen Spectator van dit jaar voorkomend opstel van den len Luitenant der Infanterie van het Nederlandsche leger E. G. Winckel, getiteld: „De vervaardiging van verduurzaamde levensmiddelen en hunne waarde voor het leger." Niet, dat men van dezen nauwelijks den cursus voor de Intendance verlaten hebbenden officier op het gebied der verduurzaamde levensmidde len als legerverplegingsmiddel iets nieuws hoorthij geeft slechts terug, wat hij bij anderen gevonden heeft; maar het gecompileerde is degelijk genoeg om door onze officieren der Intendance gelezen te wordenspeciaal door lieu, die de hand hebben gehad aan de conceptie van boven genoemde circulaire en de samenstelling van tarief N° 15. Zij kunnen er hun voor deel mede doen. Wij zijn het volstrekt niet eens met den Franschen Generaal De Chazal, als hij zegt: „Par la nature de sa missionl'Intendance est tracassière." Dit moge met de Intendance in Frankrijk zoo zijn, in Duitschland is zij het niet en in Nederland is zij het véél minder dan in Indië. Elke Intendance moet de behoeften van het leger kennenivaartoe zij behoort. Schrielheid en achterdocht mogen nimmer de basis zijn van haar leger- verplegingssysteem. Toont zij aan de eerste voorwaarde niet te voldoen en werkt zij steeds door op die basis, dan mag men met den Generaal De Chazal er op laten volgen: „et c'est pourquoi elle a soulevé de vio- lentes animosités." De schrijver van het opstel in den jaargang 1880 van dit tijdschrift, getiteld: „De opleiding van officieren voor de Intendance bij het Indische leger," zal dit zeker met ons eens zijn dat eene Intendance bij ons leger iets meer moet zijn dan hetgeen die Generaal noemt: „un corps de controle." De boven bedoelde circulaire van den Hoofd-Intendant geeft echter aanlei ding tot een niet gewenscht overdadig gehruik van gezouten vleesch. En dat alleen om afkeuringen te voorkomen Waarom kan men den leverancier niet voor zekeren tijd verantwoordelijk stellen voor de qualiteit van den opgelegden voorraad? Winckel zegt: „In Rusland is deze verantwoor delijkheid op 2 jaren bepaald, met uitzondering van de gevallen van be derf, veroorzaakt door bewaring op vochtige plaatsen of beschadigingen, hetzij in het magazijn, hetzij tijdens transporten." Een onzer vrienden

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1881 | | pagina 453