103
Hetzelfde geldt ten opzichte van den tijd, in de klasse van militairen,
aan eene gestrengere krijgstucht onderworpen, doorgebracht.
Art. 16. Behalve in de bijzondere gevallen, waarin do poging tot een
militair misdrijf bij het Crimineel Wetboek strafbaar is gesteld, is deze
alleen strafbaar, wanneer tegen het voltooid misdrijf de doodstraf met
eerloosverklaring of de tuchthuisstraf is bedreigd.
In dit geval wordt de poging gestraft met eene tuchthuisstraf vau vijf
tot twintig jaren.
Voor de algemeene vereischten van strafbaarheid der poging gelden
de voorschriften van het gemeene recht, voor zoover daarvan bij het mili
taire recht niet uitdrukkelijk is afgeweken.
Art. 17. Op het militaire strafrecht zijn, voor zooverre daarbij het tegen
deol niet is aangenomen, toepasselijk de bepalingen van het gemeene recht
betreffende
1°. daderschap en medeplichtigheid
2°. toerekenbaarheid
3°. samenloop van misdrijven.
Wanneer hij samenloop van misdrijven een daarvan degradatie of plaat
sing in eene klasse van militairen, aan eene gestrengere krijgstucht
onderworpen, ten gevolge kan hebben, kan dit gevolg' steeds worden uit
gesproken, indien de opgelegde hoofdstraf geene verwijdering uit de dienst
ten gevolge heeft.
Art. 18. Do bepalingen van het gemeene recht, betreffende den tijd
van aanvang eener opgelegde gevangenisstraf, zijn op de militaire gevan
genisstraf en de militaire detentie toepasselijk.
Art. 19. Waar de navolgende straften bij het Crimineel Wetboek of
in eenige andere wet betreffende het krijgsvolk te lande zijn bedreigd,
worden zij vervangen
do straf van den strop in de gevallen, waarin zij niet door eene andere
straf is en blijft vervangen, door de doodstraf met eerloosverklaring
de kruiwagenstraf door militaire gevangenisstraf;
de straf van cassatie met eerloosheid door militaire gevangenisstraf van
5 15 jaren of door cassatie met de in art. 8 vermelde ontzetting;
dn straf van cassatie met inhahiliteit door militaire gevangenisstraf van
hoogstens tien jaren of door cassatie met of zonder do in art. 8 vermelde
ontzetting
de straf van cassatie zonder eerloosheid of inhahiliteit door militaire
gevangenisstraf van hoogstens vijf jaren of door cassatie zonder de in
art, 8 vermelde ontzetting;