152
men er op rekenen moet, uit die zelfde bevolking, bij en na het
uitbreken van den oorlog, 10000 strijders, tot aanvulling van het le
ger te moeten werven! Wie als voerlieden en geleiders gebruikt kunnen
worden, hebben wij reeds hoven gezien. Wij kunnen daarvoor nemen:
a. pradjoerits van Java2000 man
b. politiesoldaten van Batavia 150
c. piekeniers n Samarang
en Soerabaja2300
d. dienstplichtigen van Poeloe-Pandjang 50
4500 man.
A oor kaderbehalve het kader van het legernog
a. Europeesch kader der pradjoerits60 man
b. Inlandsch kader van de politiesoldaten, piekeniers,
pradjoerits, barisan van Madoera, legioenen der
A orstenlanden (officieren, onderofficieren en kor
poraals) benevens enkele schouten en Inlanchche
politieagentenx
A oor de eigenlijke escortedienst (bewakingsdetachementen) op grooten
afstand van den vijand
a. barisan van Madoera-]- 2400 man
b. legioen van Mangkoe Negoro800
c. j Pakoe Alam-j- 400
8600 man
Uit het voorgaande ziet men, dat de organisatie van den Trein
bij gevaar voor een oorlog met een buitenlandschen vijand zóó veel
omvattend, zoo moeilijk is, dat daaraan waarlijk reeds gedacht mag
worden, wanneer liet nog vrede is, omdat van eeue goede organisatie
het succes onzer wapenen afhankelijk kan zijn! Als men verder
nagaat, waarvoor de Iloofd-Intendant bij het op voet. van oorlog
brengen en concentreeren van ons leger verantwoordelijk gesteld
wordt, is het zeker onverantwoordelijk, hem nog met de organisatie
van den Trein te willen belasten en hiervan geene afzonderlijke dienst
te maken, onder een eigen chef staande.
Even onverantwoordelijk zoude het zijn, dien chef eerst vóór of
bij het uitbreken van den oorlog te benoemen. Hij moet er nu reeds