211 8. Bij het rechtstreeks inschieten met granaatkartetsen altijd minstens twee schoten onder de zelfde omstandigheden doen. 9. Na serieschoten in den regel slechts zoo noodig opzethoogte corrigeeren. 10. Tegen eene dekking van 1 M. hoogte gewoon inschieten daarna springpunt verhoogen door den opzet voor 25 M. verder te nemen. 11. Tegen hoogere dekkingen inschieten als voren en daarna mins tens 25 M. paralel naar voren corrigeeren. Voor het vuren met granaatkartetsen tegen marcheerende naderende troepen geeft het voorloopige Nedermndsche voorschrift den volgen den regel Men schiet zich gewoon met granaten inis het doel binnen de grenzen van 100 M. tusschen een te kort en een te ver gaand schot gebracht, dan wordt een langzaam granaatkartetsvuur geopend op een afstand, die 200 a 400 M. minder bedraagt dan de kortste grens; zoodra daarbij treffers worden opgemerkt, opent de batterij snelvuur. Tegen Infanterie is het voldoende, de opzethoo gte met 200 M. te verminderen, tegen Cavalerie of Artillerie is het beter 400 M. af te dalen; de tempeering houdt daarmede natuurlijk verband. Tegenover naderende Artillerie moet er evenwel vooral op gelet worden of deze in batterij komt, voor dat zij het bestreken wordend gedeelte van het terrein heeft bereikt; is dit het geval dan worden de geladen zijnde stukken snel afgevuurd en geven de sectiën op volgend 50 M. correctie paralel naar voren, ten einde zoo mogelijk den vijand te treffen, voor dat deze zich ingeschoten heeft. De geheele batterij neemt terstond die richting en tempeering over, waarmede treffers worden verkregen. Kan men niet waarnemen of naderende troepen getroffen worden,, dan behoudt men de oorspronkelijke richting en tempeering tot dat springpunten achter het doel worden waargenomendaarna corrigeert men 50 M. paralel achterwaarts tot dat geene springpunten meer achter het doel vallen. Na nog een paar wenken voor mogelijke gevallen te hebben gege ven, eindigt het voorschrift aldus: „De batterij commandant handelt alzoo in dit opzicht naarmate de omstandigheden dit eischen, welke

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1882 | | pagina 222