338 zijn van lien nog velen bruikbaar voor de zoogenaamde ben ting cliensf, d. i. de dienst bij troepen, die in versterkingen van den Iaagsten rang-zijn gestationeerd en nimmer daarbuiten zullen worden gebezigd. Dat daaronder, wat de verhouding betreft, een aantal Europeesche militairen zijn, behoeft nauwelijks te worden gezegd-. Hoezeer nu de compagniën buiten de standplaatsen van de com mandanten der garnizoensbataljons uit Inlanders zouden kunnen bestaan, kan op de beste wijze van de hiervoren genoemde Europeesche militairen voor de dienst partij worden getrokken, door hen bij die compagniën in te deelen, in mindering van het aantal Inlanders. In beginsel is eene vermenging bij eene zelfde compagnie van Europeanen en In landers niet aan te bevelen en menig detachementscommandant zou gaarne de Europeesche fuseliers missen. Op een kleinen post worden de administratieve werkzaamheden hierdoor beduidend vermeerderd en moeilijkheden ondervonden met hunne voeding, enz. Toch is het niet mogelijk, zonder schade voor den lande, Europeesche ongeschikten, die niet totaal bruikbaar zijn, eene andere bestemming te geven. Er staan mij geene gegevens ter dienste om een gemiddelde over zeker tijdvak van het aantal tijdelijk ongeschikten aan te geven. Op 1 October j. 1. bedroeg het aantal tijdelijk alleen voor de bentingdienst geschikten 470 Europeesche militairen. Dit aantal is groot genoeg om er rekening mede te houden bij de formatie der corpsen, waarbij thans de zoogenaamde bentingdienst wordt verricht. Bij aanneming van het compagniesverband ook voor de garnizoenstroepen, die in detache menten zijn opgelost, wordt, naar het ons voorkomt, door de indee ling van 30 Europeesche fuseliers per compagnie waardoor bij de oplossing in 3 sectiën elke sectie [detachement] 10 Europeesche fuseliers heeft zoowel aan den tactischen als aan den oeconomischcn eisch voldaan. De laatst besproken aangelegenheid is niet zoo onbelangrijk als zij oppervlakkig schijnt. Ieder Europeescli militair vertegenwoordigt voor den Staat een beduidend kapitaal, dat zoo lang mogelijk rente moet afwerpen. Het verlies van een Europeesch militair wegens onbruikbaarheid heeft niet alleen het gevolg, dat hij door een ander moet worden vervangen, die in den regel met groote kosten in Nederland aangeworven, vervolgens geoefend en eindelijk soms

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1882 | | pagina 259