381
dat het karakteristiek is, hoe de ijveraars voor dat vuren juist aan
getroffen worden in die kleine legers NederlandBelgië en Denemarken)
waar men van de practijk van den oorlog weinig afweet.
In overeenstemming met de hiervoren geresumeerde grondregels,
welke omtrent de vuurtactiek bij de Duitsche Infanterie voorheerschen,
ziet men de meeste militaire schrijvers onder hen dan ook de ge-
vechtsformatiën regelen niet uitsluitend naar den eisch om de minste
verliezen te lijden, doch in de eerste plaats om de bevelvoering en
dus het bijeenblijven der soldaten in de hand te werken. Afkeerig
van dat vuren op groote afstanden en den nasleep van een besluiteloos
gevecht van langen duur, geeft de Duitsche Infanterie dan ook de
voorkeur aan de gevechten, welke krachtig en vlug afloopen en die
naar hare meening - althans op den duur ook mindere verliezen
zullen doen lijden. Om de zelfde reden willen de Duitschers zich
op de groote afstanden wel eenige verliezen getroosten om op het
laatste oogenblik van den strijd door een flinken voorraad patronen
met den meesten spoed in hun voordeel een einde aan het
gevecht te maken.
Hiermede zijn wij aan het einde gekomen onzer beschouwingen
over de vuurtactiek der Duitsche Infanterie.
Zijn wij thans er mede bekend, hoedanig de groote meerderheid
der Duitsche officieren over het infanterievuur op groote afstanden
oordeelen, daarmede hebben wij volstrekt niet willen betoogen, dat
men wèl zal doen om te dien opzichte zoo spoedig mogelijk bij de
tegenstanders van den Heer Van Dam van lsselt en zijn Belgischen
geestverwant Vermersch over te loopen.
Niemand toch die meer dan wij overtuigd kunnen zijn van de
waarheid, dat omtrent zoodanige twijfelbare quaestiën de ondervinding
op meer luide wijze en van meer dan een kant moet hebben gespro
ken, alvorens eene gevestigde opinie te kunnen aankleven! "Wij
durven zelfs verder te gaan en beweren, dat tot het vaststellen in
deze van „het eenige ware" naar onze meening niet wel is over te
gaan, alvorens een nieuwe groote strijd tusschen 2 volken als die
tusschen Rusland en Turkije langs empirischen weg daaromtrent
uitspraak zal hebben gedaan.
19