- 537 Eene Normaal Schietschool •foor cle Injanterie van het Indische leger. De Infanterie van liet Indische leger het is méér dan -voldoende be wezen schiet slecht. Dat slechte schieten is aan verschillende oorzaken toe te schrijven. Ook aan de gebrekkige oefeningen bij de corpsen. De meeste onder wijzers zijn niet op de hoogte van hunne taak. Waarom? In de eerste plaats, omdat er geene Normaal Schietschool bestaat, eene inrichting, waar men die onderwijzers alleen kan vormen. Yan 18561859 heeft eene zoodanige inrichting te Meester- Cornelis bestaan. Zij werd op voorstel van den toenmaligen Commandant van het Leger, Luitenant-Generaal J. Van Swietenopgeheven. Die Legercom mandant achtte het permanent verklaren der Schietschool voor het Indi sche leger geen vereischte. Onjuist! Het doel eener Schietschool toch is niet alleen om onderwijzers te vormen, maar ook om haar tot voorlichting van het leger te doen strek ken in alle zaken betreffende de proeven, welke ten gevolge van de voortdurende verbeteringen, die de draagbare vuurwapenen schier dagelijks ondergaan, door het Departement van Oorlog mochten noodig geoordeeld worden. Die voorlichting is de taak van eene Schietschoolniet zoo als in het Indische leger van een officier der Artillerieinspecteur van de draag bare wapenen, geholpen door den directeur der Geweermakersschool. Zóó vat men die taak in het Nederlandsche en andere Europeesehe legers op. De Infanterie moet leeren, minstens even goed als een paar artillerie officieren de deugden en gebreken van haar eigen ivapen te ken nen. Zij gaat dagelijks met dat wapen om, zij mag dus niet onmondig worden gehouden, daarover een oordeel te vellen. Wat meer is, dat oor deel komt haar rechtmatig in hoogste ressort toe. Algemeen is de klacht over de middelmatigheid der onderwijzers voor het schieten bij de corpsen. Yelen hunner kunnen daarbij niet eens in verstaanbaar Maleisch aan Inlandsche militairen onderricht geven! Men behoeft slechts een paar tlieoriën te hebben bijgewoond om dit te beamen. Dat het derhalve nadeelig terugwerkt op de vorming tot goede schutters, ook van onze Inlandsche soldaten, is duidelijk. De Atjehsche oorlog heeft bewezen, hoe weinig goede schutters de In fanterie van het Indische leger telt. Eene slecht schietende Infanterie staat gelijk met eene slecht bereden

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1882 | | pagina 462