46 zoodat na verloop van 4 jaren de sterfte buiten rekening gelaten de paarden betaald en het eigendom van het Gouvernement ge worden zijn. Deze berekening was te meer verleidelijk, omdat tevens voorgesteld werd, ook eenige merriën naar de Wester afdeeling van Borneo te zenden, opdat men zich daar te gelijker tijd zoude kunnen toeleggen op het fokken van veulens, waardoor indien deze fokkerij gelukte suppletie van pikolpaarden van Java onnoodig zoude wor den. De Luitenant-Kolonel der Infanterie Nauta betoogde, dat de Chineesche bevolking in dat gewest geheel ongeschikt was tot pikelen. Werd zij er toe gedwongen en hiertoe zou men noodwendig moeten overgaan, wanneer de 60 aangevraagde pikolpaarden niet gezonden werden dan was het te voorzien, dat de toch al zoo geringe bevol king van Singkawang, Montrado en Bengkaijang geheel verloopen zoude, ten einde zich aan koeliediensten te onttrekken. Hoewel de Luitenant-Kolonel Nauta door zijne bewering getoond heeft, de Chi neesche bevolking weinig te kennen, omdat de Chinees een uitmuntende koelie is, mits men hem vrij laat, te pikelen, zoo als hij dat het gemakkelijkst vindt, gaven al die beschouwingen het Gouverne ment niettemin aanleiding om, in weerwil van de vroeger verkregen slechte resultaten, op nieuw over te gaan tot eene uitbesteding voor de levering en den overvoer van 60 pikolpaarden naar de Westeraf- deeling van Borneo. De eerste uitbesteding, in 1859 te Samarang gehouden, leverde geen resultaat; de eenige inschrijver bedong 175 per paardEene nieuwe uitbesteding werd te Batavia gehouden, waarna de levering ad f 159 per paard gegund werd. Yóór de uitzending dier 60 paarden telde men ter Westerafdeeling van Borneo op 1 Januari 1859 een cijfer van 49 paarden en veulens, terwijl op ultimo December nog aanwezig waren 40 paarden en 24 veulens, die gedurende dat jaar de diensten verricht hebben van 689 koelies, zoodat aannemende dat elk paard evenveel draagt als een koelie daardoor aan koelieloon f 2047,60 bespaard is. Het mag hier niet onopgemerkt blijven, dat bij deze berekening het draagvermogen van 1 paard gelijk gesteld wordt aan dat van 1 koelie, terwijl zoo als Ieder volk in den lndischen archipelt pikelt op zijne wijze. De kennis van de verschillende manieren van pikelen is voor onze Intendance onmisbaar.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1882 | | pagina 57