696
gist daarvan de oorzaak is. Ons antwoord is intusschen, dat de leve
rancier dan geen soerie, maar een ander gistend bestanddeel, zooals
er vele zijn, moet aanwenden.
Meestal ontdekt men den volgenden morgen, dat het 's avonds te
voren gefourageerde brood muf en zuur isdat het eene compacte massa
vormt, derhalve slecht gerezen, en in den mond zich tot een kleverigen
bal vormt, die zich niet gemakkelijk laat slikken.
Hoe wil men ook min of meer warm brood keurenDe leve
rancier is niet zeer nauwgezet met de door ons gecursiveerde uitdruk
king, want hoe warmer hij het brood aflevert, hoe zwaarder het is, en hij
noemt het fitterig wanneer gereclameerd wordt, dat het brood te warm is.
Intusschen geven wij den raad, om het brood 's avonds bij de aflevering
en den daarop volgenden morgen opnieuw te wegen, en op de gele
verde massa zal men een aanzienlijk verschil ontdekken.
Men kan daarenboven aan warm brood niet goed proeven of het
al dan niet smakelijk is.
Het is dus alweer de soldaat, die door deze bepaling, in het contract
voorkomende, benadeeld wordt.
Waarom hebben wij toch geene garnizoensbakkerijen Zouden
wij geene betere waarborgen hebben, dat het brood van goede qualiteit
zal zijnDe kosten van oprichting dezer bakkerijen kunnen niet hoog
zijn. Goede bakkers kunnen wij onder onze soldaten vinden. Die
garnizoenen, welke door spoorwegen met elkaar verbonden zijn, konden
gezamenlijk ééne bakkerij bekomen, om de kosten niet al te hoog
op te voeren. Wanneer onze intendance het meel uit Amerika of
Australië ontbood, onder beding van keuring ter plaatse van lossing,
en wij eigen bakkerijen bekwamen, dan zou de prijs van het brood,
met inbegrip van renteberekening van de aanschaffingskosten van
gebouwen, slijtage van gereedschappen, toelagen en soldijen der bak
kers, administratiekosten enz. ongetwijfeld 50% bedragen van het
geen gemiddeld nu betaald wordt.
Dit is geene onaanzienlijke winst, vooral niet in deze dagen van
bezuiniging.
Dat het plan, om garnizoensbakkerijen, zelfs stoombakkerijen
op te richten sinds lang bestaat, lezen wij toch in art. 8 der alg.
voorwaarden. Moge dat plan weldra rijpen!