706 Nam men bijv. aan, dat het Indisch Leger zich ten doel stelde, om den vijand geen rust te gunnen, doch elk beslist gevecht te ontwijken, ook dan zal de werkkring der ruiterij dezelfde blijven, als bij hande lingen hiervoren aangegeven. Stellen wij nu de volgende vragen 1. Wat zal de Cavalerie moeten doen vóór de landing? Het observeeren van de kusten door haar komt mij nietwen- schelijk voor, te meer daar dit wapen daarbij zeer goed kan wor den vervangen. De geringe getalsterkte maakt het noodzakelijk, dat de Cavalerie, nadat de vijand geland is, zoo intact mogelijk zij. 2. Wat zal direct na de landing moeten geschieden? Zal de Cavalerie vereenigd worden, om gezamenlijk te ageeren en hoe zal zij worden ingedeeld Hoeveel ruiters zullen beschikbaar zijn? 3. Wat zal de ruiterij moeten doen, in het geval dat de vijand ons aanvalt in onze stellingen in Midden- of West-Java, dan wel in het geval hij eene afwachtende houding aanneemt? 4. Wat zal de Cavalerie moeten doen, als zij zelfstandig optreedt, en wat als zij in vereeniging moet werken met bijv. talrijke kleine Infanterie-colonnes, zooals die te Bandjermasin gebruikt werden? (1859 1863). 5. Wat zal de werkkring moeten zijn van de hulptroepen van de Yorsten van Java en Madoera? 6. Wat de werkkring der reserve, als die te vormen isVrijwilligers, Europeanen en Indo-Europeanen? 7. Aan welk gedeelte zullen de ordonnance-diensten worden opge dragen? en 8. Wat zullen wij moeten doen, als de vijand geen, wat als hij zelf wel Cavalerie bezit? Heeft de vijand ruiterij, dan zal die op grootere paarden bereden zijn en ook meerdere snelheid bezitten. Haar schokvermogen zal alzoo grooter wezen. Een gesloten aanval op zulke Cavalerie zal dan zelden raadzaam zijn. Heeft men bovenstaande vraagpunten opgelost, dan beschouwe men den strijd tegen den Inlandschen vijand en zal in aanmer king komen

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1882 | | pagina 631