710
kaarten en vooral niet als zij op die kaarten niet geheel en al thuis zijn.
Nog tal Van vraagpunten zullen te voorschijn treden, bij de be
handeling van de taak der Cavalerie. Ik wensch daarom te be
sluiten met nog eene opmerking.
Tot nu toe trof men op alle expeditiën slechts Europeesche Cavaleris
ten aan. Voortaan zullen ook Inlandsche ruiters te velde moeten
optreden. Waar zullen de vrouwen van deze militairen dan blijven?
Cavalerie moet zoo bewegelijk mogelijk zijnzij zal zich nu hier,
dan daar bevindende troep zal meermalen des morgens niet mogen
weten, waar zal worden overnacht. Vrouwen zullen, willen zij de
bewegingen van de Cavalerie niet geheel verlammen, niet mogen
en ook niet kunnen volgen. Moet dit den Inlander niet reeds bij
het indiensttreden worden voorgehouden? Zoolang men alleen met
Europeanen te maken had. was het achterblijven van vrouwen en
kinderen geen bezwaar. De Inlanders echter zal men vóór den
oorlog reeds gewend moeten hebben aan het denkbeeld, dat géén
personen te voet mogen volgen; anders zal allicht een ontevreden
geest bij hen ontstaan in een tijd, dat wij ten volle op hen moeten
kunnen vertrouwen.
Door mij werd alleen een oorlogstoestand op Java verondersteld,
daar de ruiterij hier in hoofdzaak een uitgebreiden werkkring zal vinden.
Dit sluit intusschen geenszins uit, dat zij ook buiten dit eiland met
succes moet optreden. In deze gevallen zullen de gegevens, ver
kregen bij het van alle zijden beschouwen van den strijd tegen den
Inlandschen vijand op Javavan kracht blijven.
Eerst als men al de voorgaande punten zal hebben opgelost, kan men
overgaan tot het maken van nieuwe reglementen en voorschriften en dan
zullen deze, hieraan kan niet worden getwijfeld, „doelmatig" zijn.
Bij het eindigen van dit opstel bleek mij, dat de noodzakelijkheid
van betere reglementen reeds is ingezien en tevens op grondige
studie vóór het vaststellen daarvan wordt aangedrongen.
Moge het bovenstaande hiertoe hebben bijgebracht.
Stoltenhoff,
le Luitenant der Cavalerie.
Depok bij Soemedang, 20 Februari 1882.
