717 afstanden gebruik weet te maken. Dat dit ideaal moeielijk te bereiken is, stem ik toe, maar, men kan trachten, liet hoe langer zoo meer te naderen. Gaat men evenwel een maximum stellen 'en neemt men voor dit maximum den betrekkelijk korten afstand van 600 pas, dan kan men er zeker van zijn, dat er vroeg of laat stilstand in de oefening- komt. En stilstand is achteruitgang. Excelsior, moet onze leuze zijn. Schrijver vindt het onpractisch, telkens op Duitsche toestanden te wijzen. Nog meer onpractisch is het evenwel, om regels, die, na langdurige studie, door Europ. tactici samengesteld zijn, geheel te negeeren. De methode, waarnaar men een goed geörganiseerden en goed bewapenden vijand verslaat, heeft dubbel kans van slagen tegenover eene wanordelijke, slecht georganiseerde bende, die bovendien dikwijls niet bedacht is op de ontzettende uitwerking van ons aehterlaadgeweer Deze uitwerking moeten wij hem doen gevoelen, ten einde zijn moreel te schokken; en dit voornamelijk op groote afstanden, omdat hij er dan niets tegenover kan stellen. Dat bij het toepassen der Europ. tactiek terrein en omstandigheden in aanmerking- genomen moeten worden, is natuurlijk; maar moet dit niet overal? Voorzeker is de oorlog de beste school voor een officier en de ondervinding de beste leermeesteres. Men kan echter geen oorlog voeren enkel en alleen, om de officieren te oefenen; en dat men zich ook kan bekwamen, zonder ooit te velde geweest te zijn, bewijzen talrijke voorbeelden uit de Europeesclie krijgsgeschiedenis. Natuurlijk zou het beter zijn, wanneer wij eene goede Tactiek hadden, toegepast op Indische toestanden. Zulk een boek bestaat evenwel helaasniet. En dan is het in alle gevallen beterde Eu ropeesclie tactiek te bestudeeren, dan alles op eigen oordeel te laten aankomen. Bovendien bestaat het gevaar voor onze kolonie niet in een oorlog met een Inlandschen vijaud. Zulk een oorlog zal al tijd in ons voordeel eiudigen. Op den duur kan geen Inlandsche Staat het tegen de overmacht onzer wapenen volhouden. Jaren lang kan het duren, doch eindelijk zal.hij zich moeten onderwerpen. Het is dus enkel eene geldquaestie. Eene Europeesclie troepenmacht daarentegen, kan ons in korten tijd geheel bedwingen. Hetzij ons Leger geslagen wordt, hetzij het

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1882 | | pagina 642