762 Wij voegen er bij„alle volken, behalve Nederland." „Of men als mensch over dit verschijnsel juiche of treure" laten de adressanten daarop volgen „de staatsman moet rekening houden met „de feiten en met den gang der wereldgeschiedenis. Onttrekt een volk „zich daaraan" [wij vragen: Wat doet Nederland?] „dan is zijn doodvonnis „geteekend." Volkomen juist. Ook wat er verder volgt, dat n. 1. die toestand vooral aan kleine natiën [als Nederland] met onverbiddelijke noodzakelijkheid groote plichten oplegt. „Nu het zwaartepunt van den strijd is verplaatst „van de doode naar de levende strijdkrachten, nu de kleine huurlegers, „die de vestingen zochten, vervangen zijn door de groote volkslegers, die „het open veld betreden, is de zorg voor de bruikbaarheid dier levende „strijdkrachten oneindig meer dan vroeger een plicht geworden, die niet „straffeloos wordt verzuimd." Gedurende hoeveel jaren reeds is dit in Nederland gepredikt? En wat zijn tot dus verre de resultaten geweest? „Kleine volken hebben, bij de vorming hunner krijgsmacht, met de „getalsterkte spoedig een uiterste grens bereikt. Maar aan die grens van „het getal genaderd, zullen zij hetgeen hun aan materiëele kracht ont breekt, moeten, en in bondgenootschap met de gesteldheid van hun „bodem, kunnen aanvullen door de voortdurende verbetering der elemen ten, waaruit hunne levende strijdkrachten zijn samengesteld, door onafge broken zorg voor al wat op organisatie en aanvoering betrekking heeft." Juist: organisatie en aanvoering. Eerstorganisatie daarnaaanvoering. „Dit zal evenwel eerst dan naar eisch geschieden, wanneer de nood zakelijkheid daarvan tot de overtuiging des volks is doorgedrongen, „wanneer de belangstelling in het krijgswezen zich in den volksgeest „openbaart, en vooral ook wanneer de inrichting van onze krijgsmacht „zóó in overeenstemming is met ons volkskarakter, dat de natie er zich „door voelt aangetrokken, zich één voelt met het leger." Een utopie! Wanneer zal in Nederland de algemeene of zelfs de persoonlijke-dienstplicht worden ingevoerd? Hoogstwaarschijnlijk eerst dan,, wanneer eene catastrophe daartoe heeft genoodzaakt. De „oplossing van het militaire vraagstuk, dat in Nederland een zeer „ingewikkeld karakter draagt" [bladz. 13 van de Memorie van Toelich ting] is o. i. onmogelijk, wanneer men de meest gewichtige zaken blijft behandelen als thans, niettegenstaande de krachtige vertoogen van va derlandlievende mannen,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1882 | | pagina 687