783
houden van het instrument op de aanwijzing slechts een zeer onbeduiden-
den invloed uitoefent.
Eveneens is uit proeven gebleken, dat de invloeden van warmtegraad
en kracht en richting van den wind zoo gering zijn, dat zij in de practijk
buiten beschouwing kunnen blijven.
Een invloed van meer beteekenis wordt uitgeoefend door de omstan
digheid, dat de indrukken van het gezicht minder snel dan die van het
gehoor aan de hersenen worden medegedeeldwaarvan het gevolg zou
zijn, dat de afstanden steeds te kort zouden worden gemeten.
Uit proeven gebleken zijnde, dat deze miswijzing die uit den aard
der zaak bij een geoefend waarnemer standvastig is gemiddeld 50 meter
bedraagtis zij op het instrument zelf herstelddoor de sehaalverdeeling
zoodanig aan te brengen, dat de aanwijzer bij den aanvang der meting-
niet rust op het beginpunt, maar op het punt, overeenkomende met een
afstand van 80 pas.
