59 kistjes en de helft dezer getallen aan draagtui- gen. uit 800 alleen met pistool bewapende manschappen, had, rekenende voor de eerste 60 en voor de laatste slechts 20 schoten per man, 49000 patronen noodig. Voor die 797400 -f- 49000 patronen wer den noodig geacht 1200 munitiekistjes en 600 draagtuigen. De plaatsen, waar een en ander moest worden opgelegd, worden opgegeven te zijn: BataviaI 290 Samarang128 Willem 1304 Djokdjakarta. 58 Soerabaja210 Sumatra's-Westkust. 210 De kosten van eerste aanschaffing werden geraamd op f 55896, maar deze som bedroeg eigenlijk na aftrek van de waarde van het reeds aanwezige materieel, f 33000. Het jaarlijksch onder houd werd geschat op f 3800 hoogstens. Wat de Artillerie zoo al bezat of kon erlangen voor het vervoer der overige munitie, in de parken aanwezig, die vereischt wordt om het mobiele leger steeds te kunnen blijven voorzien, daarop kwam een zeer onbe vredigend antwoord. Men had daarop nog nimmer gerekend, zoodat alleen „een zeker getal" munitiekistjes met draagtuigen voorhanden waren om aan kleine troepenafdeelingen eenige munitie mede te geven. Men vermeende dan ook, dat bij alle ontwerpen, rakende de defensie tegen een Europeeschen vijand, steeds was uitgegaan van de veronderstelling, dat in het land goede en voldoende vervoermiddelen voorhanden zijn. 't Is ons niet gegeven, mede te deelen, wat in de verschillende defensieplannen over het militair transportwezen is ge zegd. Bovendien komt het ons voor, dat de vragen 1 en 2 anders gesteld hadden moeten zijn. Eerst moest het Legerbestuur, dunkt ons, bepalen, hoeveel munitie boven en behalve de 60 schoten per geweerdragenden man, bij de parken der brigades van het veldleger voorhanden moest zijn. Was dat eenmaal uitgemaakt, dan kon wist men ook precies hoe de legerformatie zoude zijn het getal munitiekistjes ook voor de hoofdparken bepaald worden. Over welke plaatsen de muuitiekistjes verdeeld moesten worden, was geene vraag voor den Chef van het wapen der Artillerie, die daarop had moeten antwoorden: hoe is de opstelling en indeeling van het leger? Die

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1882 | | pagina 70