71 -
op de Kaderschool te onderwijzen vakken zoude dienen te zijn als volgt
Zuiver militair gedeelte van het programma.
Recrutenschool, theoretisch en practisch.
Compagnieschool, idem.
Bataljonschool, practisch voor kaderoefening.
Yelddienst, theoretisch en practisch.
Inwendige dienst, idem.
Garnizoensdienst, idem.
Wapenen en schietoefeningen, idem (schijfschieten).
Militaire marschen met veronderstelling.
Exerceeren met het op de posten voorkomende geschut.
Militair en wetenschappelijk gedeelte van het programma.
Veldversterkingskunst.
Terreinleer.
Aardrijkskunde van den O. I. archipel.
Cijferkunst.
Nederlandsche taal en stijl.
Maleische taal.
Beginselen der wapenleer en artillerie.
Militaire wetten.
Houden van voordrachten door de officieren-instructeurs over mili
taire onderwerpen.
De duur van den cursus bij de Kaderschool zoude op een jaar
moeten bepaald worden, terwijl tweemaal per jaar een examen voor
korporaal, sergeant en sergeant-majoor zoude kunnen worden afgeno
men. Elke maand moet door de officieren-instructeurs een rapport
aan den directeur worden ingediend omtrent ijver, vorderingen en
gedrag der leerlingen, terwijl de directeur elke drie maanden een
examen laat afnemen om na te gaan, welke der élèves bijzonder
goede vorderingen maken en welke weinig of geene kans hebben om
na verloop van het cursusjaar een goed examen af te leggen, omdat
het beter isdezulken, vooral als zij weinig ambitie betoonen, naar hunne
corpsen terug te zenden. Er moet steeds in het oog gehouden worden,
dat het bijwonen van de lessen aan de Kaderschool voor de militairen
eene gunst, geen dwangis. Daarom moet ook de opleiding zoo aangenaam
mogelijk zijn; er moet zeer streng gediend worden, zonder daarom