79 geschrevenLerne (jehorchenDit woord is tot ons allen gerichtwij allen moeten gehoorzamen aan de omstandigheden. Maar bij 't leger geldt het ijzeren tucht. IV obéissance est la settle vertil clu soldat. Tucht in vredestijd zoowel als in oorlogstijd. Tucht moet in vredestijd voorbereid worden, opdat in oorlogstijd het leger zijn doel bereike. Zegt men: straf vergrijp tegen de tucht disciplinair, gelijk Mrs. T an Hamel en Willeumier verlangen, dan wil dit zeggen: straf met zachtheid. Moet men echter vergrijpen tegen de krijgstucht met zachtheid bestraffen t Enorme vergrijpen tegen de insubordinatie moeten zwaar gestraft worden, 'tls waar, in burgerlijke zaken wordt veel van den burgerlijken rechter gevergd, maar geeft de burgerlijke rechter zich wel altijd rekenschap van de intensiviteit van 't recht, wanneer hij geroepen wordt militaire misdrijven te berechten? Om die misdrijven te berechten, moet men wer kelijk 't militair element in 't bloed hebben. Ook in deze materie geene transactie. Stelsel tegen over stelsel. Of de burgerlijke rechter is bevoegd over militaire zaken te oordeelen, öf hij is daartoe onbevoegd. In 't eerste geval moeten alle militaire zaken den burgerlijken rechter worden opgedragen; in 't tweede geval geene enkele. Wat het constitutioneele punt betreft, is spr. het met den voorzitter eens. De Grondwet laat vrijheid om te hebben een militairen rechter, een Hoog Militair Gerechtshof en de cassatie bij don Iloogen Raad. Is 't laatste wenschélijk? Neen, omdat dan het beginsel van rechtspraak door den burgerlijken rechter in onze wetgeving binnendringt. Dus ook hier gelde Principiis obsta. Mr. M. S. Polshoogleeraar te Utrecht, heeft deze vereeniging volstrekt niet onbevoegd verklaard om over deze quaestie te oordeelen, maar heeft alleen beweerd, dat het onderwerp te onvoldoende was voorbereid om reeds nu in deze vereeniging behandeld te worden. Spreker is er verre af, zich eene idealistische voorstelling te maken van het zegenrijke of voortreffelijke van militair recht en militaire rechtspleging: hij heeft dit meermalen in zijne geschriften getoond. Maar aan den anderen kant hoede men zich tegen overdrijving. De communis opiniodie zich zou gevormd hebben, en waarop Mr. Van Lanschot doelde, gaat te ver. Buiten deze vergadering is men herhaaldelijk gekomen met voorstellen, die spr. met geen anderen naam kan bestempelen dan met dien van „onbekookte invallen", voorstellen, die verijdelen datgene, waarvoor wij millioenen schats besteden en die tevens wezenlijke verbeteringen tegenhouden: voorstellen, waardoor de zedelijke werking der justitie wordt verzwakt. Noch het Hoog

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1882 | | pagina 90